Turijn (okt 2019)

Maandag 21 oktober 2019
Turijn – Piazza della Republica – Statione Porta Nuova – Palazzo’s – Kerken – Synagoge
Om kwart voor acht staan we op en een halfuurtje later genieten we het ontbijt. Ok, dat is niet goedkoop, maar het is wel echt genieten met een dubbele espresso tot besluit (net als thuis).
Om halftien lopen we in de stromende regen naar de Piazza della Republica. Hier is de grootste openluchtmarkt van Europa gevestigd. Maar liefst 731 kramen zouden er moeten staan. Ik heb het niet nageteld, maar het kan best kloppen. Op de achtergrond staat de oude overdekte markt, neem ik aan. De boel zit potdicht, maar door een kiertje neem ik activiteiten waar. Mogelijk is hier een fabriek/groothandel gevestigd. Zo in de regen is er niet veel aan.Kijk, daar staat een modern gebouw, il Mercato Centrale Torino.Als we binnen een kijkje nemen blijkt dat er hier een aantal eet- en drinkgelegenheden is gevestigd. Op dit vroege uur valt hier niets te beleven en het ontbijt hebben we net achter de kiezen.Inmiddels is het nagenoeg droog en we lopen naar de zuidkant van het centrum, naar Statione Porta Nuova. Vanaf daar lopen we straks terug richting hotel en pakken onderweg een aantal kerken en palazzo’s mee. Maar eerst wil ik controleren of we de bushalte naar de luchthaven kunnen vinden. Mooi, op GPS lopen we er vlot naartoe, dat zal donderdag geen problemen opleveren. We schaffen meteen tickets aan – het zijn ‘open’ tickets – die hebben we ook alvast.
We lopen naar Palazzo Valperga Galleani. Dit palazzo is in 2015 door Luca Petrone volledig verbouwd tot een appartementencomplex met 36 appartementen, terrassen, een spa en gymzaal, en draagt nu ook de eigentijdse naam ‘The number 6’. Deze verbouwing met respect voor haar geschiedenis heeft de internationale prijs ‘Building of the year’ van site/tijdschrift Architectura ArchDaily gewonnen. Op het binnenhof is een lichtkunstwerk van Richi Ferrero te zien.We lopen verder en zien Palazzo Cassa di Risparmio di Torino. Volgens Orchideetje betekent ‘Risparmio’ spaarbank. In dit voormalige palazzo is dus een spaarbank gevestigd. Ik kan dit palazzo niet terugvinden in de gids, maar toch leuk dit gezien te hebben.Een stukje verder staat de Chiesa della Visitazione. Deze kerk staat niet in de gids, maar we nemen hem wel even mee.Op naar de synagoge. Tjonge, het is best een groot gebouw en informatie is er ook.Tja, er staat een militair (dus geen politie) met een assault rifle op wacht. En achter mij staan nog twee militairen. Zouden die er dag en nacht staan? Dat betekent een enorme inzet van personeel.Sowieso een prachtig gebouw.We zien iemand achter het hekwerk en spreken deze man aan. Gelukkig spreekt hij goed Engels, maar helaas, wij zijn geen joden, dus is het om veiligheidsredenen niet mogelijk om de synagoge te bezoeken. Jammer, erg jammer, maar wij vertellen de man dat we het volkomen begrijpen. Laten we hopen op betere tijden.We lopen weer verder en ik maak nog een laatste foto van de synagoge.Ik ben vergeten om een foto te maken van dit palazzo in de Via Carlo Alberto. Links en rechts van de toegangspoort zijn er in elk geval winkels. Zo te zien zijn er appartementen gebouwd in het palazzo.Tja, wat moet ik nu denken van dit bloeddorstige beeld. De man heeft het zwaard weer in de schede gestoken, wel houdt hij het afgehakte hoofd triomfantelijk in de rechterhand. Zou de man linkshandig zijn? Nee, want dan gord je het zwaard aan de rechterzijde van het lichaam.Op de hoek met de Via Cavour staat deze naamloze kerk. Die nemen we ook even mee.Dit is het Palazzo Benso di Cavour, dat kan niet missen. Dit paleis dateert uit 1929 en heeft zowel een toegang aan de Via Cavour (sinds 1754) als een aan de Via Lagrange (paardenstallen). Het paleis werd medio 19e eeuw bewoond door de voor Italiaanse eenwording zo belangrijke staatsman Benso Camille Cavour.
Het paleis is te bezichtigen wanneer er tentoonstellingen zijn (zoals tijdens de beurs Artissima begin november). Tja, nu dus even niet.Inmiddels zijn we aangekomen bij het San Carlo plein, daar waren we vrijdag ook al even. Nu zien we dat de San Carlo kerk open is. Toch maar even een kijkje nemen.Sowieso een mooi interieur. Tjonge, ze hebben in het verleden toch wel erg veel tijd en geld gestopt in kerken, kathedralen en wat dies meer zij. Het volk leed mogelijk honger, maar ja, de kerk ging voor.We lopen naar Palazzo Lascaris di Ventimiglia. Tussen haakjes, ik heb thuis alle palazzo’s in mijn GPS geprogrammeerd, dus we lopen – zonder een papieren kaart te hoeven raadplegen – overal zo naartoe. Er is min of meer leesbare informatie aanwezig.Het palazzo is tussen 1663 – 1665 gebouwd door Amedea di Castellamonte voor graaf Gioani Battista Beggiamo di Sant’Albano e Cervere. In de tweede helft van de 18e eeuw werd het vergroot door architect Beinasco. De eigenaar van 1803 gaf dit paleis zijn naam. Ook Camillo Benso di Cavour was een tijdje eigenaar. Het is nu eigendom van de Regio Piemonte.We lopen de binnenplaats op, maar dat gaat zo maar niet. Er is bewaking, de rugzak moet door de scan en wij door een veiligheidspoortje. Als ik in mijn beste Engels uitleg dat ik een pacemaker heb en niet door een veiligheidspoortje mag… dan mag ik mét rugzak gewoon doorlopen. Nou ja!
Ok, het palazzo is in gebruik als kantoor, dus verder dan de binnenplaats mogen wij niet. Toch leuk om te zien.We lopen naar Palazzo dal Pozza della Cisterna. In 1675 werd dit paleis door Antonio Maurizio Valperga gebouwd voor de graven van Ripa di Giaglione. In 1773 liet prins Pozzo della Cisterna het grondig verbouwen door architect Francesco Dellala di Beinasco. De ambtenaren van de metro houden er kantoor en prijzen zich gelukkig met zo’n mooie kantooromgeving. Tijdens kantooruren zijn na afspraak en iedere derde of vierde zaterdag om 10 uur (uitgezonderd juli en augustus) de volgende trapportalen en zalen te bezichtigen: Scalone d’Onore en Quadreria, la Sala dei Tondi De Ferrari, la Sala Giunta, Studio del Duco, de gele kamer en de prachtige tuin.
Ok, die eventuele afspraak hebben we niet gemaakt, dus veel meer dan de binnenplaats zien we niet.Onderweg naar het Plazza Carlo Emanuele II lopen we langs een palazzo, tenminste dat neem ik aan. Er staat geen informatief bord en ook in de gids kan ik dit palazzo niet vinden. In elk geval doet iemand verwoede pogingen om zijn Audi naar binnen (of buiten) te rijden. Italianen – is mijn ervaring – zijn goede chauffeurs. Ze rijden hard, maar kijken wel. Dat laatste laten veel Nederlandse chauffeurs achterwege. Ok, de poort is niet breed en de straat smal. Maar met hoog ophalen moet het toch in één keer lukken. We lopen maar door, dit duurt ons te lang en het doet pijn aan de ogen.Inmiddels zijn we aangekomen op het Plazza Carlo Emanuele II.Je zou verwachten dat hier Carlo Emanuele II op zijn sokkel staat, maar het is Camillo Benso Comte de Cavour.Het is inmiddels bij enen en we hebben een beetje trek. Rond het plein zijn een aantal restaurants. In de eerste staat de muziek keihard aan en we mogen plaatsnemen op een krukje. Daar lopen we meteen weg. In de volgende is het wel druk (dus goed), maar er is nog een tafeltje vrij. We bestellen thee en een broodje gezond. Dat laatste hebben ze hier, niet te geloven. Iets verder zitten twee Italiaanse echtparen aan de warme lunch die ze wegspoelen met een fles witte wijn. Orchideetje heeft scherpe oren en hoort dat het Nederlanders zijn. Nou, die zijn hier goed ingeburgerd!
We lopen door naar Palazzo Graneri della Roccia. Dit laat 17e-eeuws paleis is gebouwd in Piemontese barokstijl voor de abt Graneri d’Entremont. De Circolo dei Lettori is er gevestigd (Biblioteca Nazionale). Volgens de gids is er een restaurant waar een drankje, een lunch of een warme maaltijd kan worden genuttigd. Nou, wij zien alleen de toegangspoort met daarachter het binnenhof. Als er al een restaurant is, dan mogelijk via een andere ingang.Hier is het Museo Nazionale del Risorgimento Italiano gevestigd. U weet wel, dat gaat over de Italiaanse eenwording.Als we door de onderdoorgang lopen, zien we een toren. Ok, dit museum geloven we wel.Iets verder staat het Palazzo Scaglia di Verrua en dit ligt vlakbij de Via Garibaldi aan de Via Stampatori. Het is een paleis van een heel andere orde en dateert uit de renaissance (1585- 1604).
De fresco’s op de façade en binnenpleinen zijn bijzonder en vrij ongewoon voor Turijn.
Op de fresco’s zijn goden en waarschijnlijk afbeeldingen van toenmalige eigenaren te zien. Mooier nog dan de gevel zijn de twee met elkaar verbonden binnenplaatsen.
Alleen de eerste kan betreden worden.Hier niet al te ver vandaan staat de Palazzo Saluzzo Paesana. De markies met dezelfde naam liet het tussen 1715 – 1722 bouwen. Het is het grootste en meest uitgesproken adellijke paleis in Turijn. Het gebouw wordt gebruikt voor tentoonstellingen, conferenties en andere evenementen. De binnenplaats met zuilengalerijen is te bezichtigen.Hier vlakbij is het Piazza Savoia met de Obelisk Leggi Siccardi. De obelisk heeft te maken met de Siccardi-wetten, die de privileges van de geestelijkheid afschaften.Iets verder staat de Palazzo Falletti di Barolo dat in 1600 door architect Benedetto Alfieri werd gebouwd en dat goed de barokke smaak van die tijd laat zien. De hoofdingang is zowel aan de buiten- als binnenzijde imposant en leidt naar een groot trapportaal.
Het draagt de naam van haar laatste eigenaresse, Giulia Barolo. Zij liet het na aan de door haar in in 1864 opgerichte Opera Pia Barolo, een organisatie die zich inzet voor de armen en voor sociale en culturele activiteiten.Hm, dit is een museum, maar het is vandaag gesloten. Morgen om drie uur zijn we de eersten. Bezoeken we het morgen? Ok, we zien wel.Om de hoek staat het Palazzo del Senato gebouwd door Filippo Juvarra. De bouw begon in 1720 en heeft vele jaren geduurd. Ook andere bekende architecten hebben een bijdrage geleverd, zoals Amedeo di Castellamonte. De middeleeuwse huizen die er al stonden, moesten wijken en zijn toentertijd in opdracht van de hertog Carlo Emanuelle II aangekocht. In dit paleis zetelde de rechterlijke macht van de Senato Sabaudo en de Camera dei Conti. Nu zijn er kantoren gevestigd.We zijn vandaag zigzaggend naar het noorden, richting hotel gelopen. Het weer viel – op een enkel buitje na – erg mee. We hebben zo’n twaalf palazzo’s ‘gehad’ en bovendien een paar kerken, de synagoge en nog zowat. In de gids – overigens, de kwaliteit van de ANWB-gids haalt het bij lange niet bij de Michelin-gidsen – zijn zeventien palazzo’s vermeld. Overigens, het is wel duidelijk dat Turijn (toentertijd hoofdstad) zeer rijk is geweest.
In een cafeetje nuttigen we espresso/thee en een broodje. Tegen vieren zijn we in ons hotel waar we een korte siësta inlassen, maar ook het programma voor morgen doornemen.
Tegen zevenen lopen we naar ons pleintje. Helaas, het beoogde restaurant – die hadden we nog niet gehad – zit dicht. Tja, maandag rustdag. Casa Broglia is open, daar zijn we eerder geweest. Kijk, dit is de bar, we zijn de eersten.We bestellen brood, de salade Carignano en een rode huiswijn. Mij wordt de Teroldego Rotaliano aangeraden. Of ik ga door voor een kenner óf ze moeten van deze fles af. Maar… dit blijkt een prima wijntje!De salade ziet er niet alleen goed uit, maar smaakt ook prima.De Risotto with Parmesan 24 month, pears and wasabi gel komt door. Het lijkt niet veel, maar het bord is erg diep! Prima! Orchideetje houdt het bij Spaghetti. Ook die is prima, hoor ik.Met een foto neem ik afscheid.Om half negen zijn we weer in ons hotel waar we nog thee bereiden. Onze mails, nog wat lezen en tijdig liggen we erin.