Turijn (okt 2019)

Zondag 20 oktober 2019
Turijn – Dom van Turijn (mis) – Palazzo Madame – Mole Antonelliana
Om kwart over zeven staan we op en een klein halfuurtje later nuttigen we het ontbijt.
Ik besluit weer met een dubbele espresso. Voorlopig kan ik er tegen. Trouwens, ben ik niet in overtreding? We gaan zo naar de mis en ik meen me te herinneren dat je dan nuchter moet zijn. Nou ja, misschien is er wel helemaal geen mis. Van die amateuristische mededelingen in de ingang van de Dom kon ik donderdag geen chocola maken.
Sowieso hopen we op een koor, net zoals vorig jaar in Ravenna. We lopen de Dom in, druk is het niet, maar we zijn dan ook aan de vroege kant. Het licht gaat aan, de kaarsen worden aangestoken, zou er toch wat gaan gebeuren?Allengs hebben meer mensen – ik tel er een stuk of vijfentwintig – een plaatsje verovert en de organist bespeelt het orgel. Nou, dat klinkt heel goed! Een man in het groen gekleed (de pastoor of misschien wel de bisschop himself?) richt in het Italiaans het woord tot ons, de in het wit geklede man gaat er bij zitten (de kapelaan?). Tja, van de rooms-katholieke eredienst heb ik geen kaas gegeten.Nu wordt het voorin wel erg druk. Het orgel speelt, helaas voor ons geen koor.
Wel zingen de twee kapelaans (?) voortreffelijk. De kerkgangers zingen niet, zoals in protestantse kerken. Nou ja, dat is het aanhoren meestal niet waard. Ik vrees toch dat ze ‘boven’ het geluid van de protestantse erediensten wegdraaien.Nou, het is afgelopen. De kerkgangers (heet dat zo?) lopen naar voren om de hostie in ontvangst te nemen. Dat weet ik toevallig wel. Iedereen loopt de Dom uit, zo te zien is er geen koffie of wat dan ook.Er hangt in de Dom een aantal TV-schermen, daarop is informatie te lezen mét beelden betreffende de Lijkwade. Tja, dat wordt hier wel volledig uitgemolken.
We gaan toch weer even kijken.We lopen naar de hotelkamer om mijn Nikon op te halen. Daarna lopen we naar Palazzo Madame. Helaas, het regent wel. Nu gaan wij zo meteen naar binnen, maar ja, in Italië hoort de zon te schijnen. De eerste foto is met de Fish-eye en de tweede met de iPhone genomen.Eerst de informatie uit de gids:
Midden op het Piazza Castello in het hart van de stad staat een gebouw met twee gezichten. Wanneer u het vanaf de Via Po benadert, ziet u een middeleeuws kasteel. Echter, wanneer u het vanaf de andere kant benadert, de Via Garibaldi of de Via Pietro Micca, ziet u het gebouw met een enorme barokke gevel. Het resultaat van een nooit voltooide verbouwing. Het gebouw herinnert aan de tijd dat twee dames het in het groothertogdom Savoye voor het zeggen hadden. En daar dankt dit paleis dan ook haar naam aan.
De Torinese schrijver Guido Gozzano (1883-1916) noemde Palazzo Madama het ‘eeuwenoude huis; omdat het een stenen samenvatting’ vormt van het Turijnse verleden. In de romeinse tijd stond op deze plek de Porta Decumana, die toegang gaf tot de stad vanaf de kant aan de rivier de Po. Na de val van het West-Romeinse rijk werd de poort veranderd in een fort en in de 14e eeuw kwam het in het bezit van de Savoye.
De glorietijd van het paleis brak aan in 1637 toen de Franse Maria Cristina di Borbone, regentesse van Savoye, besloot van het paleis haar woning te maken. Als weduwe en regentesse wilde ze wat afstand nemen van het strenge hof. Zij werd ‘Madama Reale’ genoemd, omdat ze de zus van Lodewijk XIII was. Formeel nam haar zoon Carlo Emanuele I in 1648 de leiding van haar over, maar tot haar dood in 1663 bleef zij invloed uitoefenen. Met haar startte de verandering naar een luxueus en luisterrijk gebouw. Een paleis om te feesten, wat zij graag deed.
De meeste eer komt vooral de tweede bewoonster toe, Maria Giovanna Battista di Savoia-Nemours, ook ‘Madama Reale’ genoemd, weduwe van Carlo Emanuele II en slechts kort regentesse (vanaf 1675). Na door zoon Vittorio Amedeo II opzij geschoven te zijn, richtte Giovanna zich op de kunsten. Zij gaf veel van de beste kunstenaars in Piemonte opdracht om Palazzo Madama te verfraaien. Ook initieerde zij met de geniale architect Filippo Juvarra een groots ontwerp in barokke stijl, waarvan alleen de voorzijde (1718-1721) is gerealiseerd. Een wit ‘masker’ waarmee het middeleeuwse gebouw zou moeten worden omvat. De gerealiseerde façade laat goed zien wat de bedoelingen van Juvarra met het hele gebouw waren: een ‘piano nobile’ met hoge ramen en plafonds, verbonden met de mezzanine door enorme pilaren. Het trapportaal achter de barokke façade behoort tot de grootste barokke meesterwerken van Europa. Vanaf deze trappen ziet u welk indrukwekkend effect de hoge ramen hebben. Een zware façade aan de buitenzijde en een luchtig trapportaal erachter. Dankzij de grote ramen kon het gewone volk buiten op het plein ‘meegenieten’ van de grote barokke feesten die er binnen werden gegeven.
Sinds 1934 is Palazzo Madama een museum, Museo Civico d’Arte Antica, met een grote collectie beeldhouwwerken, mooie schilderijen en andere kunst van de middeleeuwen tot in de 19e eeuw, waaronder een van de belangrijkste collecties porselein wereldwijd.
Begin 21e eeuw is het gebouw volledig en mooi gerenoveerd. Achter de middeleeuwse torens is toen ook een middeleeuwse kruidentuin aangelegd. De ruimte waar de Senaat zijn vergaderingen hield is er nog steeds. Door middel van video-animaties krijgt u een leuk beeld van hoe het er in die tijd tijdens vergaderingen aan toe ging. Vanuit de toren heeft u een mooi uitzicht over het hart van Turijn.
We betalen toegang, ik meen €10,- p/p. Dan de informatie die ik ter plekke fotografeer.Ik bekijk de plattegrond eens (vier etages!), hier valt weer heel veel te zien. Ik laat de foto’s en de teksten weer voor zichzelf spreken.Even na twaalven nuttigen we de KMA. Het restaurant is op een strategische plek gelegen. Tja, Palazzo Madame is echt ingericht als museum, maar je kunt zo hier en daar goed zien dat toentertijd de kamers – zalen eigenlijk – zeer rijk waren ingericht en gedecoreerd.
We beklimmen de toren – met de lift – en bewonderen het uitzicht. Helaas, het regent nog steeds, dus zoveel valt er niet te zien.Rest nog de collectie porselein en glas.Ok, we hebben het gezien, het is bij halftwee. Ik maak nog een foto van de middeleeuwse façade en vanaf de zijkant waar ook een barok deel te zien is.Helaas regent het behoorlijk! Trouwens, u hebt er weer 137 foto’s opzitten!
We zoeken en vinden al snel een echt Italiaans café. Het is nog druk ook, maar ja, zondag. We bestellen croissants, thee en voor mij een dubbele espresso. Als de rekening komt, blijkt deze laatste maar liefst €6,- te kosten. Ik vrees dat een toerist hier afgezet wordt, mogelijk betaal je ook voor de ambiance. Nou, met dat laatste zit het wel goed, je gaat hier zeker honderd jaar terug in de tijd.Wat te doen? Ok, we lopen ondanks de regen toch maar naar de Mole Antonelliana. Eerst de informatie uit de gids.
Het symbool van Turijn is de koepel van de Mole Antonelliana, een onverwacht ‘modern’ symbool in een barokke stad. Vanaf elke heuveltop rondom de stad domineert deze toren met enorme koepel de skyline. De Mole zoals deze door de Torinesi liefdevol wordt genoemd, is tussen 1862 en 1889 gebouwd door Alessandro Antonelli (1798- 1888), een geniale en controversiële architect uit Novarra.
Het woord ‘mole’ letterlijk vertaald, betekent gevaarte en dat is deze toren met koepel van steen en staal zeker. Antonelli was zijn tijd ver vooruit toen hij dit gebouw ontwierp.
Het moest zijn ‘masterpiece’ worden. De veel bekendere Eiffeltoren verliet veel later de tekentafel en werd in hetzelfde jaar dat de Mole werd voltooid gebouwd. Antonelli was hoogleraar bouwkunde in Turijn. Nog steeds heeft Turijn een gerenommeerde bouwkunde universiteit; tegenwoordig in het barokke Palazzo Valentino in het gelijknamige park aan de rand van het centrum. In Turijn bouwde Antonelli ook enkele wooncomplexen.
De bekendste is Casa Scaccabarozzi (Via Giulia di Barolo 9) uit 1840 en in de volksmond ‘Fetta di polenta’, want trapeziumvormig, genoemd. Antonelli woonde er enkele jaren met zijn vrouw Francensca Scaccabarozzi om daarna naar de vlakbij gelegen Via Vanchiglia 9 te verhuizen; ook een gebouw van zijn tekentafel.
De Mole is een imponerende constructie. De totale hoogte van de toren is 167,5 meter. Gebouwd met traditionele materialen, maar volgens nieuwe inzichten. Antonelli was een liefhebber van de classicistische bouwstijl vanuit een vooral praktisch oogpunt.
Als fundament voor de aula van de ‘tempel’ en de voorzijde koos hij op elkaar geplaatste pilasters en korinthische zuilen van metselwerk, vierkant en rond, waarop de kruisgewelven rusten. De muren dienden alleen om het gebouw te sluiten. Pas in de jaren dertig van de twintigste eeuw is het gebouw met gewapend beton versterkt. De kap bestaat uit twee over elkaar liggende delen, versterkt met dwars gespannen ijzeren trekstangen.
Voor de opbouw van de koepel is ook natuursteen (pietra di luserna) gebruikt.
Tussen de twee kappen is een ingenieus trappenstelsel, waarover u in een uur naar boven kunt klimmen. Een glazen lift biedt vanuit de aula toegang tot de top van de koepel op 85 meter hoogte. Deze ruimte van graniet heeft de vorm van een korinthische tempel.
Vanaf het balkon heeft u uitzicht over de stad en de rivier de Po met rondom heuvels en bergtoppen. Het lichtkunstwerk ‘Il volo dei nummeri’ van Mario Merz is aan de koepel bevestigd; alleen tussen november en januari in de avond en nacht verlicht ter gelegenheid van Luci d’Artista.
De opdracht tot het bouwen van de Mole kwam in 1863 van de joodse gemeenschap in Turijn. Eigenlijk had het gebouw 47 meter hoog zullen worden, maar het ontwerp werd in de loop van de bouw aangepast; met een spits tot 167,5 meter. De kosten overschreden ruim de begroting en de joodse gemeenschap wilde niet verder meegaan in Antonelli’s droom nog hoger te bouwen. De bouw werd stilgelegd. In 1878 kocht de gemeente het en zorgde dat de bouw werd voltooid. De joodse gemeente betrok een gebouw elders in Turijn. Na een aardbeving in 1887 bleek het noodzakelijk het gebouw te verstevigen.
Tot twee keer toe zorgde een wolkbreuk voor schade; in 1904 viel de ‘gevleugelde beschermheilige’ er vanaf en in 1953 de volledige torenspits (de laatste is in 1961 hersteld).
In de Mole is het Musea Nazionale del Cinema 8 gevestigd. Het is een van de meest toonaangevende filmmusea in de wereld. De basis voor dit museum is de collectie van Maria Adriana Prolo. In 1941 zocht zij een plek voor haar verzameling. Met hulp van private partijen werd haar collectie aangekocht. In 2000 werd de Mole na een verbouwing het filmmuseum. Het museum geeft een goed beeld van de ontwikkeling van de film, van toverlantaarn tot de films van vandaag de dag. In de enorme aula kan vanaf ligbedden naar stomme films gekeken worden, waaronder Cabiria van Giovanni Pastrone, de grootste film uit de Italiaanse cinema. Regelmatig zijn er tijdelijke tentoonstellingen.
Voor kinderen is het een leuk museum.
Kijk, dit is de Mole Antonelliana. Het heeft geen zin om met de lift naar boven te gaan, het regent. En nu ben ik niet echt een filmliefhebber, dus het filmmuseum geloof ik ook wel.We lopen naar ons hotel waar we tegen drieën aankomen. We bereiden thee op de kamer en overwegen wat we morgen gaan doen. In de conceptplanning staat onder andere een aantal Palazzo’s. We hopen wel op beter weer!
Tegen zevenen lopen we naar het restaurant waar we vrijdag zijn geweest, de pizzeria IV Marzo. We worden verwelkomt als vaste gasten. Ik bestel de rode huiswijn, water en salade.Verder een pizza Salsiccia E Tropea (tomate, mozarella, saucisse, oignon de Tropea, huile, basilic.Nou, prima gegeten. Aan een dessert komen we niet meer toe. Wacht, zien we daar een Gelateria? Orchideetje wenst toch nog een ijsje, ik pas. Op naar ons hotel en om halftien liggen we erin.