Donderdag 17 mei 2012
Maiori – Paestum – Maiori
Om half acht zitten we aan het ontbijt en om acht uur lopen we naar de bushalte.
Gisteren hadden we al buskaartjes naar Salerno gekocht (€3,60 p/p). Eigenlijk helemaal niet zo goedkoop, want het is maar een enkeltje. Tjonge, de bus zit hartstikke vol, dus moeten we eerst een tijdje staan. Na een minuutje of vijftig bussen staan we op het busstation in Salerno. Hoewel busstation, het is gewoon een halte! We vragen links en rechts waar we buskaartjes kunnen kopen naar Paestum, maar de antwoorden zijn tegenstrijdig. Ze weten het gewoon niet en uit beleefdheid roepen ze maar wat.
Eindelijk heeft iemand een goede tip, het busstation is bij het treinstation op vijf minuten lopen hier vandaan. Daar kopen we vier enkeltjes à €3,30 per stuk. We horen dat bus 43 over vijf minuten vertrekt van de plaats waar we zojuist stonden. We spoeden ons terug, maar bus 43 zien we niet en hij komt ook niet. Wat een toestand!
Om tien uur komt er een blauwe bus voorrijden. Is dit de bus naar Paestum? Er staat helemaal geen nummer op. Maar het is hem toch!Alleen, we moeten een ander kaartje kopen bij de chauffeur, onze zojuist aangeschafte buskaarten gelden niet. Dat kost ons opnieuw €3,30 p/p. Ja, zo gaat het wel hard natuurlijk. Het kost ons twintig minuten om Salerno uit te komen, maar dan draaien we ook de autostrada op. Helaas, we gaan er meteen weer af en rijden Battipeglia in. Mensen erin en eruit, zo schiet het niet op natuurlijk. Binnendoor rijden we naar Paestum waar we om half twaalf aankomen. Tjonge, wat een rit! De wind is fris, soms spettert het wat, maar ik zie ook hele blauwe stukken in de lucht. ’t Is een minuutje lopen naar de site en meteen zie ik de eerste tempel. Over het hek heen maak ik een foto. Eerst maar eens een espresso met iets erbij. De espressomachines mogen er wezen, daar is de mijne maar een kleintje bij. OK, op naar de ingang. ’t Is inderdaad de ingang, de kaartjes moeten we aan de overkant kopen bij het museum. Terug dus weer. We kopen kaartjes voor het ‘buitenterrein’ en meteen ook voor het museum. Dat kost €10,- p/p. Opnieuw naar de ingang en nu mogen we erin.
Paestum is de Romeinse naam voor de Griekse stad Poseidonia, genoemd naar de zeegod Poseidon. Poseidonia is vermoedelijk gesticht in de 7e eeuw voor onze jaartelling. Rond 500 voor onze jaartelling bereikte de stad haar economische en culturele hoogtepunt en werden de tempels gebouwd. In de 4e eeuw van onze jaartelling nam het belang van de stad af en kromp het in tot een dorp. Pas tijdens de aanleg van een weg in 1752 werden de tempels ontdekt. De stad ligt binnen een stadsomwalling van 5 kilometer lang, 15 meter hoog en 5 tot 7 meter breed. De eerste tempel die we bezoeken is die van Ceres. Ceres is de Romeinse naam voor de Griekse godin van de Landbouw: Demeter. Latere vondsten maakten duidelijk dat de tempel niet aan Ceres maar aan de Griekse godin Athena is gewijd. Athena is de godin van de hemel en de reinheid (maagdelijkheid), maar ook van de wijsheid en de kunst. Daarnaast is zij de godin van de krijgskunst en de vrede. Het grondplan van de tempel heeft het ‘normale’ aantal van 6 zuilen in de breedte en 13 in de lengte. Over de ‘Heilige Weg’ lopen we naar de volgende tempel, de tempel van Poseidon (Romeins: Neptunus). Dit is één van de best bewaarde Griekse tempels in Europa. Toch is ook hier de naam vermoedelijk onjuist. Latere vondsten maken het aannemelijk dat de tempel aan Hera was gewijd (de echtgenote van Zeus) of nog waarschijnlijker aan Zeus zelf, omdat de verhoudingen van de tempel overeenkomen met de Zeus tempel in Olympia.
Zo denk ik er zelf ook over. Ik denk dat met de verering van Zeus mede de andere goden van het Griekse pantheon werden vereerd. Niet zo bekend, maar een aantal goden van het Griekse pantheon zijn feitelijk personificaties van natuurkrachten.
Maar het zou ook kunnen dat de tempel aan Apollo was gewijd, de God van het licht, de schone kunsten en de geneeskunst. Het grondplan heeft 6 zuilen in de breedte en 14 in de lengte. De laatste tempel is de Basilica omdat men in de 18e eeuw dacht dat dit een Romeins gerechtsgebouw was. Dankzij recente vondsten is het aannemelijk dat de tempel aan Hera was gewijd. Het grondplan is zeer uitzonderlijk met 9 zuilen in de breedte en 18 in de lengte. We lopen nog wat rond, Paestum is een grote stad geweest en overal staan de resten van huizen enz. Het grootste gedeelte van het Romeinse amfitheater ligt onder de asfaltweg. Te zijner tijd moet dat maar eens opgegraven worden. OK, we werpen nog een laatste blik op de tempel van Ceres (Athene). De zon staat er mooi op, het was toch winderig en tamelijk koud tot nu toe. We lopen naar het museum, tjonge, ze bergen een zeer grote en interessante collectie.
Ik maak er een paar foto’s. Het is bij drieën, tijd om terug te gaan. Van de dame van de Informatie hadden we gehoord dat het station op 5 à 6 minuten loopafstand ligt en dat er een trein gaat om 15.09 uur. Waar moet je hier een kaartje kopen? De trein staat er al en de conducteur wenkt ons. Wat blijkt, de bustickets gelden ook voor de trein en de conducteur maakt ze met ballpoint ongeldig (of juist geldig!). In precies 37 minuten sporen we naar Salerno (de bus deed er anderhalf uur over!).
Nou ja, nu hebben we tenminste alles gezien en meegemaakt. In het busstation vragen en krijgen we ons geld terug voor de niet gebruikte buskaartjes. Dit is trouwens het treinstation. Na een half uurtje komt de bus naar Amalfi voorrijden en tegen half zes zijn we weer in Maiori. We nuttigen er een ijsje op, dat hebben we wel verdiend.
Douchen, omkleden en tegen zevenen lopen we naar Speedy. De ober hadden we beloofd dat we eens bij hem zouden komen eten. Uiteraard zijn we de eersten, maar dat maakt ons echt niet uit. We starten met een gedeelde salade en een gedeelde ravioli con ricotta di Bofala.
Dan voor mij een pizza Monte Carlo. Orchideetje besteld een Pesche alla brace in foglia di limone. Speedy doet hoogstpersoonlijk voor hoe je zo’n vis te lijf gaat. We zijn €46,- kwijt, maar maken daar natuurlijk €50,- van. Ook in Italië schijnt het economisch niet zo goed te gaan. We stappen op en ik constateer dat we tot nu toe de enige gasten zijn gebleven. 52 lege stoelen tel ik.