Moskou, St. Petersburg (sept 2008)

Vrijdag 19 september 2008
Novgorod
Rond acht uur staan we op en tegen negenen gaan we ontbijten. Ik meld nog even bij de receptie dat we een probleem hebben met de douche. Meteen pakt de dame de telefoon. Na het gesprek vertelt zij mij dat de loodgieter ziek is en dat we vanmiddag een andere kamer krijgen. Om tien uur zitten we in de bus en rijden in een half uurtje naar… een klooster. Ai, de naam is mij ontschoten. Is dit ook een nonnenklooster? Voor het poortgebouw stappen we de bus uit. Als de groep wegloopt, loop ik het parkeerplaatsje over. Ik moet erg plassen. Mijn blik valt op een condoom. Het is nog een gebruikte ook. Wat moet ik hier nu weer van denken. Snel loop ik de groep achterna. De blauwe torentjes met sterren ogen mooi. Toch is er ook hier veel achterstallig onderhoud. Verderop zijn ze aan het werk, hier ziet de gevel er al weer een stuk beter uit. De manier waarop de hoogste delen worden geverfd, tart alles.
Dit is echt levensgevaarlijk. De steiger is van het soort ‘wiebel-de-wiebel’ en de aluminium ladder is geen professionele. Sowieso mag je in de EU geen ladders, trappen of wat dan ook, op een steiger zetten. Daarna gaan we door naar het Museum voor Houten Architectuur: Vitoslavlitsy. Tja de opschriften zijn in het Russisch, alleen het jaartal kan ik lezen. Er zijn hier een groot aantal houten kerken, boerderijen, huizen, enz. bij elkaar gezet. Vanaf een bepaalde plek zien we het nabijgelegen Joerjevklooster. Links staat de Sint-Joriskathedraal. Dit is toch niet het klooster dat we eerder deze morgen hebben bezocht?Er is hier ook een traditioneel huwelijk aan de gang. De bruid heeft zich met een aantal vriendinnen verstopt en het gezelschap is – al boze geesten wegjagend met een zweep – naar de bruid op zoek. Van de bruidegom – uiterst rechts – hoeft het allemaal niet zo, lijk ik van zijn gezicht te lezen. We lopen een tijdje mee, maar het duurt allemaal erg lang.
De bruid krijgen we niet te zien, dat is wel een beetje jammer. We gaan lunchen in een nabijgelegen restaurant met een onuitsprekelijke naam. Het eten ziet er goed uit en het smaakt ook nog prima. Na de lunch rijden we terug naar het hotel. Daar krijg ik bij de receptie een andere sleutel. Op naar de kamer. Blijkt daar een loodgieter aan het werk, die zo ongeveer een emmer prut uit de afvoer heeft gevist. Hij zet de douche open en werkelijk, het water gorgelt weg. Wat een geluk, hoeven we niet te verhuizen. Meteen breng ik de zojuist ontvangen sleutel terug naar de receptie. Mevrouw is verbaasd, ze wist niet dat de loodgieter aan het werk was.
’s Middags is ter vrije besteding. Daar zijn we wel aan toe. Op ons gemak wandelen we het hotel uit. Het weer is opgeklaard, de zon en de blauwe lucht lacht ons toe. Vlak bij ons hotel staan twee kerkjes. Ook deze zijn hard aan onderhoud toe. Daarna lopen we door naar een warenhuis. Dat valt tegen, het oogt toch allemaal wat armoedig en we kopen niets. We maken nog een rondje in het Kremlin en hebben nu ook tijd om even de galerie in te lopen. Tja, ze hebben wel mooie dingen, onder andere van keramiek, maar ja, dat krijg je niet zomaar thuis. Voor de nog resterende open plekken aan de muur moeten we maar weer eens naar Ootmarsum. Bij de eeuwige vlam is het een drukte van belang. Het ene na het andere bruidspaar arriveert om muntjes in het rooster te gooien en zich te laten vereeuwigen. Trouwen is zeker ín hier in Rusland. Tja, het heeft natuurlijk wel wat om elkaar bij de eeuwige vlam eeuwige trouw te beloven. Het valt me weer op dat de gemiddelde Russische vrouw (maar ook man) tamelijk strak in het vel zit (uitzonderingen daargelaten). Dat gaat hier in Nederland de laatste, zeg tien jaar, volledig de verkeerde kant op. Basisschoolkinderen zijn vaak al 10 of meer kilo te zwaar en dan huiver ik bij het zien van de gemiddelde tiener. Dat gaat op termijn veel (gezondheidszorg)geld kosten. We drinken en eten nog wat bij een restaurant aan de rand van het Kremlin. Druk is het er niet. Hier is de ingang versierd. Zo te zien wordt er hier straks een bruiloft gevierd.
Om zeven uur zitten we weer in de eetzaal. Er is ook een grote groep (oudere) Duitse toeristen aanwezig. Verder spelen de meisjes weer op de piano en dit keer maak ik foto’s. Ze spreken maar een paar woorden Engels, ik hoop dat ze begrepen hebben dat ik de foto’s opstuur (via de receptie). Ik hoop dat het lukt, ik heb niet zo bijster veel vertrouwen in de Russische TNT. We praten na het diner nog wat na met Olga. Wij vragen haar waarom bijna alle Russen zo nors kijken. Een lachje kan er zelden of nooit vanaf. Olga vertelt dat zij als kleuter door haar Oma terechtgewezen werd als zij lachte. ‘Lachen is dom’, zei Oma dan. Ja, zo leer je dat wel af. Verder vragen wij waarom zo weinig Russen Engels spreken. Deze vraag pareert zij met: ‘Waarom spreekt de gemiddelde Amerikaan geen Russisch’? Tja, da’s waar natuurlijk. Verder horen wij van anderen dat er een bijzonder mooie tentoonstelling is in het Museum van Geschiedenis en Architectuur. Dat zouden we morgen nog kunnen doen, want morgen vertrekken we pas om twaalf uur naar het vliegveld. Opnieuw maken we het vanavond niet te laat.