Friese Woudenpad (apr 2012)

Vrijdag 27 april 2012
Beetsterzwaag – Boekelte
Om half zeven sta ik op. Na de thee en de havermoutse pap gaat de boel weer in de rugzak. Tjonge, mijn tent is aan de buiten- maar ook aan de binnenzijde kurkdroog.
Dat gebeurt niet zo vaak. Tegen achten verlaten we onze wildkampeerplek en even verder staat dit kerkje in het bos. In de gevel is deze gedenksteen ingemetseld. Het gaat over 500 gulden, maar verder kan ik er geen chocola van maken. Iets verder staat dit huisje. Beuken maken zo’n dik bladerdek waardoor er niets onder kan groeien. Als wildkampeerplek is het geen optie. Na nog een kilometer lopen we Beetsterzwaag in. Dit is niet zomaar een Fries dorp, vanaf de 17e eeuw bouwde de Friese landadel en welgestelde notabelen hier buitenhuizen. De eerste die ik zie is de Teyens Fundatie. Nou, het pand stelt mij enigszins teleur. Iets verder lopen we door een tuin waar ook een tropische kas staat. Zo te zien is de boel dicht, maar ja, om zoiets te bekijken is feitelijk geen tijd. In de Hoofdstraat staat het Lycklamahuis uit 1824. Dit pand ziet er zeker statig uit. De Hoofdstraat is enigszins versierd, mogelijk in het kader van de Koninginnedag.
Tja, de versiering houdt niet over. Dit is het pand van Kota Radja, tenminste dat staat op de gevel. Is de boel failliet? Het ziet er nogal ‘dicht’ uit. Of het ook een historisch pand is weet ik niet, er staat verder geen bordje. Dit is in elk geval wel een historisch pad, het heet Huize Bordena. Het is pas half negen, maar deze historische bakkerij/lunchroom ziet er ‘gezellig’ uit.
Het is ook gezellig en de KMA gaat er wel in.42. Lunchroom43. KMA Ik loop even naar de C1000 om de hoek om mijn chocomel en wijn aan te vullen. Onderweg zie ik dit leuke opknappertje. Nou, deze is het geworden. Het is een Shiraz uit Australië en inmiddels heb ik de (rode) wijn overgegoten in een bidon. Dit is ongetwijfeld het mooiste landhuis in Beetsterzwaag: Lyndensteyn uit 1821. Momenteel doet het landhuis dienst als kantoor voor Revalidatie Friesland. De paviljoens dienen als onderkomen voor volwassenen én kinderen ter revalidatie. Overigens, dat bord hadden ze toch iets uit het zicht kunnen plaatsen? Wat mij betreft pal aan de weg, dan valt het zowel níet als wél op.
Vanuit het landhuis heb je trouwens een prachtig uitzicht op de ‘overtuin’ oftewel de tuin die aan de overzijde van de weg is gelegen. Nou tuin, het is feitelijk een enorme vijverpartij.47. Vijverpartij Als we Beetsterzwaag uitlopen zie ik een pracht van een golfbaan. Als ik op de kaart kijk, deze golfbaan beslaat zeker 2 (twee) vierkante kilometer. Hoeveel hectare is dat ook alweer? Ik meen 200 hectare. Er zijn vandaag vele (zaken)mensen aan het golfen, het is natuurlijk een uitstekende manier om een goede deal af te sluiten.48. Golf49. Golf Gisteren had het landschap een ‘open’ karakter. Nabij onze wildkampeerplek liepen we de bossen in. Zuid van Beetsterzwaag is het ook allemaal bos. De tegenwind is niet meer waarneembaar, dat is wel erg prettig. Dit is het Oud- of Koningsdiep. Ik lees in het wandelboekje dat tussen de Friese Wouden, lees ‘Wâlden’, lees ‘zandruggen’, riviertjes lopen. Kijk, dit is er eentje.51. Koningsdiep Nou, het is hier toch prachtig lopen! Dit is de Lippenhuisterheide. Toen het hoogveen was afgegraven werd de grond in cultuur gebracht. Op de overblijvende stukken ontwikkelde zich hei en bos.53. Hei Beetsterzwaag ligt alweer een eind achter ons. We blijven ‘landelijk’ lopen, in het zuidwesten ligt het gehucht Lippenhuizen en in het noordoosten het oord Hemrik. Dit is ongetwijfeld een watertoren. Helaas, in het wandelboekje staat er niets over.
Mijns inziens zeker een omissie.55. Watertoren Iets verder staat weer een paddestoel, nu staat Hemrik er wel op. Het land is strooksgewijs in cultuur gebracht, daardoor zijn er stroken bos blijven staan. Hier lopen we langs de Compagnonsvaart. Deze vaart is speciaal gegraven om de turf af te voeren. Op de Lagere School moesten we deze vaarten uit ons hoofd leren, ik herinner mij ook een zogeheten 2e, 3e, enz. Compagnonsvaart. Ik stelde mij toen voor dat de vaarten ter grootte waren van het Noordzeekanaal (waar ik toentertijd vlakbij woonde). Uiteraard is de vaart een hindernis van formaat, maar hij haalt het echt niet bij het Noordzeekanaal. Het ziet er wel mooi uit, al die paardenbloemen, maar voor hooiland is dit minder. Bij het gehucht Hemrikerverlaat kunnen we de Compagnonsvaart oversteken.
Aan de andere kant moeten we weer 500 meter teruglopen. Na Hemrikervaart wordt het landschap open en de wind hebben we weer min of meer tegen. Het is niet anders. Zuidoost van ons ligt Jubbega. Aan de doorgaande weg staat dit bijzondere huis. Zoals gezegd, het landschap is merendeels open, maar zo hier en daar is nog een stukje coulissen landschap. Welkom staat er op z’n Fries, maar dit geldt als je gebruik maakt van de hier gevestigde B&B. Deze boer(in) houdt van tierelantijnen.66. Tierelantijnen Van deze eigenaar mogen we over het gras. Er zal wel recht op overpad zijn.
Sowieso vermoeiend lopen. Iets verder komt variant ‘B’ weer bij de route. Tja, als ik die variant ga lopen, moet ik wel de komende kaartbladen ‘dubbellopen’. OK, nog 5 kilometer, dan zijn we bij restaurant Sluiszicht. Als we daar aankomen lijkt Sluiszicht in niets op een restaurant. Het is zeker al jaren dicht.68. Sluiszicht Ik vraag het even aan een hengelaar, het restaurant is niet het witte huis, maar het pand dat daar net rechtsachter te zien is. Het is al zes jaar dicht, nou, daar zijn we niet blij mee. Achter het sluiswachtershuisje – uit de wind – lunchen we. Zo te zien is het al vele jaren geleden dat hier nog een schip geschut is.
Rond twee uur gaan we weer op pad. Een kilometer verder liggen de Delleboersterheide en het Diakonievene. Kunnen ze zo’n informatiebord niet wat rechterop zetten? Dan is het beter leesbaar en ook fotografeerbaar. Toentertijd vond men het blijkbaar te nat om het gebied in cultuur te brengen. Dan blijft het ‘over’ en de natuur ontstaat ‘vanzelf’. Daar hoeft de overheid echt niet in te investeren.70. Diakonievene71. Diakonievene Tegen drieën bereiken we het gehucht Nijeberkoop. Dat ligt aan de N351 en waarachtig, er is hier een restaurant. Zo te horen hebben de uitbaters het een aantal jaren geleden overgenomen en er moet wel een en ander aan gebeuren. Ik heb geen zin in koffie of cola en laat mij adviseren door Albert. Laat ik eens zo’n Leffe Blond proberen… en dat smaakt me best.72. Boszicht
Tegen vieren lopen we weer verder. Tja, het landschap is open en een beetje saai.
De bewolking neemt toe, maar het blijft wel droog.74. Open landschap75. Open landschap76. Open landschap77. Open landschap Om kwart over vijf staan we op de Boekelterweg. Op de camping De Bekhofschans wilde ik kamperen. De Boekelter, is dat een andere camping? Nou ja, we zien wel. Een stukje verder lopen we de 1e camping op en dat blijkt De Boekelter te zijn.
We worden hartelijk ontvangen. Oeps, dat is waar ook, dit jaar heb ik mijn lidmaatschap op de Natuurkampeerterreinen opgezegd. Ik had er al in geen jaren gestaan. Gelukkig is Albert lid en hij heeft de kaart bij zich. Thuis moet ik me meteen maar opnieuw aanmelden. Ze zullen wel denken! Ik vergeet trouwens helemaal te vragen hoe dat nu zit met die ‘andere’ camping. ’t Is ook niet zo belangrijk.
Mijn tent is meteen te herkennen aan de orde en netheid. Ik hoef daar geen moeite voor te doen, dat zit gewoon in me. Eens even op mijn GPS kijken. We hebben er vandaag 32.3 kilometer opzitten en we hebben (over het lopen) een gemiddelde gemaakt van 4.9 km/uur. Dat is toch lang niet slecht. Ik bereid weer een kerriesoep en dit keer de Bolognese Tomaat-Gehakt van Knorr. Afwassen en onder de – prima – douche. Voor al dit fraais betalen we met z’n drieën €20,- Ik luister nog een half uurtje naar mijn MP3-speler en kruip er daarna in.