Kasteel Amerongen en Huis Doorn (mrt 2022)

Lieve lezer(essen)s van mijn wandelavonturen,

Geen wandelavontuur? Nee, dat is het slechte nieuws. Nu het goede nieuws: hier volgt een reisverslag van ons bezoek aan Kasteel Amerongen en Huis Doorn.

Reisverslag Kasteel Amerongen en Huis Doorn
Donderdag 10 maart 202

Donderdag 10 maart 2022
Kasteel Amerongen
Tien jaar geleden fietsten we langs Kasteel Amerongen en op Huis Doorn hebben we in het verleden ook weleens een ‘blik’ geworpen. Daar is het toen bij gebleven. Maar nu gaan we beide ‘musea’ van binnen en van buiten bewonderen.
Orchideetje is lid van een studiekring en dit keer wordt er een bezoek gebracht aan Kasteel Amerongen en Huis Doorn (ik mag mee!). De studiekring heeft een streepje voor, vandaar dat de rondleidingen verzorgd worden door de directeur/bestuurder
dhr. H.H. Sietsma. Vorige week heeft hij al een inleiding verzorgd, zodat wij al een en ander weten over de vlucht van de Duitse keizer Wilhelm II en zijn verblijf in Nederland.
In het kort de inleiding van dhr. H.H. Sietsma. Sowieso, deze man weet echt alles over Kasteel Amerongen en Huis Doorn.
In 1918 had Duitsland, dat vier jaar eerder België was binnengevallen, de oorlog verloren. Het Duitse leger was vastgelopen in de modder van de Vlaamse Westhoek. In 1917 was Amerika gaan meedoen aan de kant van Frankrijk en Engeland. In Duitsland zelf brak in het najaar van 1918 de revolutie uit. Wilhelm II was een onvoorspelbare en ontactische heerser; in zijn eigen land was hij niet erg populair en toen de oorlog verloren was, kon hij alleen nog maar vluchten naar Nederland.
Frankrijk en Engeland wilden hem berechten voor oorlogsmisdaden.
Nederland verleende hem in 1918 asiel, mede door de invloed van koningin Wilhelmina, Wilhelm II was per slot ook nog prins van Oranje.
In eerste instantie nam hij zijn intrek in Kasteel Amerongen als gast van graaf Bentinck.
Nadat in 1920 gebleken was dat hij niet zou worden uitgeleverd, kocht hij Huis Doorn.
Hij liet 59 (64?) treinwagons met kunst, meubels, serviezen, zilver enz. komen uit paleizen in Berlijn en Potsdam om zijn Huis in te richten. Het ensemble staat er nog zoals het was toen hij in 1941 overleed.
Huis Doorn herbergt daardoor de grootste collectie Duitse kunst en toegepaste kunst buiten Duitsland. Het betreft in totaal meer dan 30.000 objecten. Een deel daarvan is te zien in Huis Doorn, een ander deel ligt in depot.
Wilhelm II had een uitgesproken smaak. Van moderne kunst moest hij niets hebben.
Hij hield daarentegen veel van de barokke kunst van zijn voorvaderen, zoals Frederik de Grote. De enorme collectie omvat veel zilver en porselein, schilderijen en meubels uit de zeventiende en achttiende eeuw, en laat de verschillende stadia van de barok zien.
Zo beschikt het Huis bijvoorbeeld over een uitgebreide collectie objecten uit de Rococoperiode.
Na WO II is het landgoed door Nederland geconfisqueerd.
Uiteraard eerst de geschiedenis van Keizer Wilhelm II, want daar draait het uiteraard om.
De laatste Duitse keizer Wilhelm II werd als Frederik Wilhelm Victor Albert geboren in het kroonprinsen-paleis aan de Unter den Linden in Berlijn op 27 januari 1859. Wilhelm werd geboren als oudste zoon van de latere keizer Frederik III en diens gemalin Victoria van Saksen-Coburg-Gotha, dochter van de Britse koningin Victoria. Hij was een kleinzoon van keizer Wilhelm I via vaderskant en via moederskant een kleinzoon van de Engelse koningin Victoria. Wilhelm II zou de geschiedenis ingaan als de laatste Duitse keizer (Kaiser) en koning van Pruisen van 15 juni 1888 tot 9 november 1918.
Wilhelm II beleefde een lastige jeugd vanwege zijn handicap; zijn linkerarm was zo goed als verlamd en bleef achter in groei. Ondanks zijn handicap leerde Wilhelm paardrijden en werd hij een relatief goed schutter. Wilhelm II doorliep het gymnasium in Kassel en studeerde geschiedenis en rechten aan de universiteit in Bonn. Hierna bekleedde hij diverse functies in het leger. In 1881 trouwde hij prinses Auguste Viktoria van Sleeswijk-Holstein-Sonderburg-Augustenburg (1858-1921). Het echtpaar kreeg zeven kinderen, zes zonen en een dochter.
De oudste zoon, kroonprins Wilhelm, voerde in de Eerste Wereldoorlog het bevel over een legerkorps. Dit leger speelde een grote rol in de mislukte aanvallen op Verdun. Onder zijn officieren had Wilhelm vanwege zijn losbandige leven een slechte reputatie. Ook hij vroeg in 1918 asiel aan in Nederland en werd geïnterneerd op het toenmalige eiland Wieringen. Na een aantal jaren mocht hij, in tegenstelling tot zijn vader, terugkeren naar zijn vaderland. Hij schaarde zich openlijk achter de nazi’s, in de hoop dat zij de monarchie zouden herstellen. Toen duidelijk werd dat dit niet zou gebeuren, keerde hij zich van de nazi’s af.
Prins Eitel Friedrich was na de oorlog actief in de veteranenbond Stahlhelm en in de Semper talis Bund (een veteranenverbond van voormalige keizerlijke gardisten). Hij sloot zich aan bij allerlei monarchistische bewegingen die tijdens de Weimarrepubliek ontstonden. Tijdens het nationaalsocialisme was hij een felle tegenstander van Hitler.
Prins Adalbert voerde tijdens de Eerste Wereldoorlog het bevel over verschillende onderdelen van de Duitse vloot. Als marineman trof het hem bitter dat juist de muiterij in de haven van Kiel (op 4 november 1918) het einde van de Duitse monarchie inluidde.
Prins August Wilhelm was na de oorlog actief in de veteranenbond Stahlhelm.
Tot ongenoegen van zijn familie werd hij in 1930 lid van de NSDAP. De nazi’s zetten August Wilhelm in als stemmentrekker. Hij werd lid van de Rijksdag en werd voorman bij de SA.
In 1942 viel hij echter in ongenade, na enkele kritische uitlatingen over Joseph Goebbels.
Prins Oskar diende in de Eerste Wereldoorlog in het Koninklijke Pruisische Grenadiers-regiment. Na de oorlog werd hij lid van de veteranenbond Stahlhelm. Hij sloot zich ook aan bij allerlei monarchistische bewegingen. Ondanks zijn verzet tegen de nazi’s werd hij opgeroepen om in de Tweede Wereldoorlog te dienen, maar hij nam niet actief deel aan de oorlog.
Prins Joachim zat in het leger en kreeg uiteindelijk de rang van ritmeester bij de cavalerie. Hij pleegde op 18 juli 1920 op 29-jarige leeftijd zelfmoord, nadat hij enige tijd aan een ernstige depressie had geleden. Er werd gezegd dat hij zijn vaders troonsafstand en zijn mislukte huwelijk niet kon accepteren.
Prinses Victoria Louise was de enige dochter van Wilhelm II. Zij huwde met de Hertog van Brunswijk. Deze werd gedurende de Novemberrevolutie van 1918 afgezet, waarna er een einde kwam aan de monarchie in Brunswijk.
Hermine, Prinzessin Reuß was de tweede echtgenote van Wilhelm II. Zij huwden in 1922. Dit huwelijk bleef kinderloos.
Nu de geschiedenis van Kasteel Amerongen.
Het is een prachtig ‘Huis’ uit de 17e eeuw. Het Huis, de tuin en inventaris vormen een eenheid, die in Nederland niet veel voorkomt. Kasteel Amerongen heeft een rijke familiegeschiedenis van 700 jaar. Het kasteel is omringd door historische tuinen en ligt aan de voet van het pittoreske dorp Amerongen. Kasteel Amerongen is een absolute must-see van het Nederlands Erfgoed en behoort eveneens tot de Topkastelen van Nederland en Vlaanderen.
Het gebouw en het interieur van Kasteel Amerongen hebben een opmerkelijk karakter dat in de loop van de eeuwen tot stand is gekomen. Oorspronkelijk is het kasteel een 13-eeuwse woontoren, die werd gebouwd in de uiterwaarden van de Rijn. De gebroeders Henric en Diederic Borre kregen in 1286 toestemming van de Hollandse graaf Floris V om ‘een Huys te doen timmeren’. In de loop der eeuwen werd dit Huys uitgebreid van verdedigbare woontoren tot een kasteel met torens. Het kasteel werd in die vroege jaren meerdere malen verwoest en weer herbouwd.
In de 16e eeuw vestigde Goert van Reede zich op het kasteel. De familie Van Reede bleef meer dan drie eeuwen lang eigenaar. In 1673 wordt het kasteel, dat toen in bezit was van Godard Adriaan van Reede en Margaretha Turnor, door de Franse troepen van Lodewijk XIV platgebrand. Op de oude fundamenten werd een Hollands classicistisch Huys gebouwd dat er vandaag de dag nog staat.
Begin 18e eeuw wordt het kasteel door Henriëtte Gravin van Nassau Zuylestein van binnen geheel naar de eisen van die tijd aangekleed met fraai meubilair en kasten gevuld met porselein, zilver en damast. Wanneer in 1795 het Franse leger de Nederlanden binnenvalt, vertrekt de Oranje-gezinde familie van Reede samen met stadhouder Willem V naar Engeland. Het vertrek van de familie van Reede naar Engeland betekent voor Kasteel Amerongen een langdurige afwezigheid van eigenaren.
Pas tegen het einde van de 19e eeuw wordt het kasteel weer opnieuw bewoond. Het bezit van de familie Van Reede gaat over naar de familie van Aldenburg Bentinck. Met aandacht en passie voor het authentieke karakter liet Graaf van Aldenburg Bentinck het kasteel aanpassen aan de eisen van zijn tijd. Architect Pierre Cuypers krijgt rond 1900 opdracht om een aantal kamers aan te passen en te verfraaien. In 1977 droegen zijn kleinkinderen het kasteel over aan Stichting Kasteel Amerongen die tot doel heeft het kasteel in stand te houden en open te stellen voor publiek. Vandaag de dag is deze unieke locatie nog altijd te bewonderen.
Kasteel Amerongen is nog steeds ingericht zoals de bewoners het in 1977 hebben achtergelaten. Na de dood van de graaf in 1940 is er niet veel veranderd aan de inrichting van de kamers. Het historische interieur van Kasteel Amerongen geeft dan ook een prachtig beeld van de inrichting van een adellijke familie uit het begin van de twintigste eeuw. De oudste stukken van de collectie stammen uit de periode van de familie Van Reede uit de zestiende tot en met de negentiende eeuw. De familie Van Aldenburg Bentinck heeft in de 20e eeuw de collectie verrijkt met vele meubelen, portretten, muziekinstrumenten en andere voorwerpen.
Na deze uitgebreide geschiedenisles stappen Orchideetje en ik in de auto en rijden naar Kasteel Amerongen. Kijk, daar ligt het.Hier ontmoeten we de andere leden van de studiekring, maar eerst KMA, die wij genieten in Restaurant Bentinck gevestigd in de voormalige stallen van Kasteel Amerongen.
Kijk, dat ziet er goed uit, keuze uit drie soorten gebak.Ik ga voor de Koffie Met Appeltaart. Nou, een aanrader!Maar nu gaat het toch echt beginnen.
Dhr. H.H. Sietsma vraagt ons of het ruiterstandbeeld van Koning-Stadhouder Willem III (1650-1702) naar het kasteel moet kijken of juist andersom.
Nou, ik ben van mening dat hij verkeerd om staat. Hij moet van het kasteel wegkijken.
En de locatie van het ruiterstandbeeld is ook fout, het moet veel dichter bij het kasteel staan, zo ongeveer op de plaats van de zonnewijzer in het perkje. Wat blijkt, daar heeft het ruiterstandbeeld ooit gestaan. Ok, werk aan de winkel!Zo, een dubbele toegangsweg, dat zie ik voor het eerst.We beginnen in de keuken. Nou, daar hoef je je ook tegenwoordig niet voor te schamen. Waar is Saartje?Mooi, we lopen van kamer naar kamer, ’t is wel overweldigend. Dat er toentertijd zulke rijke mensen zijn geweest! Of is dat nu nog zo? Dhr. H.H. Sietsma vertelt honderduit, elk item, elk schilderij ademt geschiedenis. Ik laat de foto’s verder voor zichzelf spreken.We gaan naar buiten en met zicht op de slotgracht bevindt zich het hondenkerkhof.Leuk natuurlijk om de uitgestorven Bever te herintroduceren, maar kijk, ze vreten wel aan de bomen. Deze beuk gaat dat niet overleven.Dit is een zogeheten berceau, we horen dat binnenkort het laantje wordt gerenoveerd.De moestuin met leibomen.Dit moet toch wel een Japanse kers zijn.Zicht op de prachtige tuin.Ok, de rondleiding op Kasteel Amerongen zit erop. Sowieso een aanrader, een omweg waard.
We stappen in de auto’s en rijden naar Huis Doorn.
Eerst de geschiedenis van Huis Doorn.
In het midden van de 14e eeuw laat Heinrich van Mierlaer, proost van de Utrechtse dom, een versterkt kasteel bouwen ter vervanging van een oorspronkelijke hof, dat in 1322 was platgebrand door graaf Willem III van Holland. In het begin van de 17e eeuw, na de dood van domproost Hennin de Bossu, staat het Huis enige tijd leeg en raakt in verval.
In 1635 verkoopt het domkapittel Huis Doorn aan kanunnik jonkheer Reynier van Golsteyn, die het laat restaureren voor een bedrag van 5.517 guldens, 6 stuivers en 8 penningen.
Een tekening van Jan de Beijer uit 1750 doet vermoeden dat domproost Frederik Willem van Diest, die in 1701 eigenaar wordt, het kasteel weer heeft laten verbouwen.
Aan de oostzijde is onder andere de muur van de binnenplaats verlaagd en van de torens is de zuidwestelijke verhoogd en de noordwestelijke gesloopt.
In 1762 erft Herman Frederik Richard Lijnslager Huis Doorn en laat het volgens de mode van die tijd aanpassen. Het middeleeuwse uiterlijk blijft echter goeddeels in tact.
In 1792 wordt Wendela Eleonora ten Hove de nieuwe eigenaar en zij laat het Huis opnieuw ingrijpend verbouwen. Sinds 1800 heeft het Huis zijn huidige uiterlijk; een neoclassicistisch landhuis met grotendeels gepleisterde gevels, waarbij alleen nog de toren op de zuidwesthoek en de omgrachting doen denken aan het oorspronkelijke kasteel.
Over het interieur bestaat heel wat minder duidelijkheid. De meeste sporen zijn bij de verbouwingen van 1762 en vooral die in 1796 verdwenen. Onder de vloer van de gobelinkamer zijn stukken goudleer gevonden, een decoratie waarvan ook de verkoopakte van 1762 melding maakt.
Verder tonen de gobelinkamer, de rookkamer en de gele salon nog Louis Quinze stijlkenmerken.
De aankoop door Wilhelm II in 1920 brengt voor Huis Doorn weer veranderingen met betrekking tot de bouw en het comfort met zich mee. In de korte tijd van zes maanden worden nieuwe toiletten en septictanks geïnstalleerd, men legt warmwater- en elektriciteitsvoorzieningen aan en het verwarmingssysteem wordt verbeterd. Voor de zieke keizerin wordt zelfs een personenlift en een balkon aangebracht. Ten behoeve van het personeel komen er personeelstrappen en een dienlift en worden op de zolderverdieping bediendenkamers ingericht.
Na het overlijden van Wilhelm II in 1941 werd het Huis al vrij snel als museum opengesteld.
Ok, nu gaat de bezichtiging toch echt beginnen. We starten met een informatief paneel.Via het karakteristieke Poortgebouw betreden we het landgoed.Voor keizerlijke begrippen is Huis Doorn niet heel groot.Maar eerst de lunch, die we genieten in de Orangerie van Huis Doorn.Wij gaan onder leiding van dhr. H.H. Sietsma Huis Doorn binnen.
Nou, Wilhelm II wist wel wat hij bestelde uit zijn voormalige paleizen.
Er is een enorme verscheidenheid aan tapijten, sofa’s, stoelen, tafels, commodes, kasten en klokken te zien.
Naast schilderijen van Franse schilders als Nicolas Lancret, Antoine Pesne en Jean Antoine Watteau, zijn er schilderijen van Duitse meesters als Johann Samuel Beck, Johann Philip Bach, Daniel Chodowiecki en Johann Friedrich August Tischbein. Van Chodowiecki is zijn beroemde Wachtparadeschilderij te zien. Maar ook is er een meesterwerk van de Nederlandse schilder Abraham Storck (Slag bij Kijkduin) te zien, gemaakt omstreeks 1860.
De zilveren voorwerpen zijn met name prachtig tafelzilver, te zien in de eetzaal, alsmede zilveren pronkschalen, sierbekers, kandelaars, tafelstukken, koffie- en theeserviezen.
De porseleinverzameling omvat zowel porselein uit China en Japan (Imari) als in Europa gemaakt porselein (o.a. Meissen en KPM). Koffie-, thee- en eetserviezen, tafelstukken, een kroonluchter, en sierstukken (borden, vazen, schalen, beeldjes).
Om aan de enorme behoefte aan porselein van de Hohenzollern (die 28 paleizen in Duitsland bezaten) te voldoen, kochten zij in 1763 een eigen porseleinfabriek, de Königliche Porzellan Manufaktur (KPM) in Berlijn. Deze was tot het moment van aftreden van Wilhelm II in handen van de Hohenzollern. In de eetkamer van Huis Doorn is de tafel gedekt met een van de twee grote tafelserviezen (Neuosier of Buntbemaltes) van de Hohenzollern. De omvang van deze eetserviezen was enorm (55-delige serviezen in vijf verschillende afmetingen).
Ok, u moet gewoon zelf gaan kijken. Een kleine impressie hierna.Een gedeelte van Huis Doorn is ingericht in het kader van ‘Rouw. Van keizerin tot corona’.Museum Huis Doorn heeft bijzondere sieraden en persoonlijke eigendommen van Mata Hari aangekocht. Mata Hari (Margaretha Zelle, 1876-1917) was een Nederlandse danseres die tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) beschuldigd werd van spionage en uiteindelijk is gefusilleerd. Hoewel haar rol als spionne beperkt is, groeit Mata Hari door haar tumultueuze leven als exotische danseres uit tot een mythe. Dit zorgt ervoor dat zij al kort na haar dood wereldberoemd is. Over haar leven zijn Hollywoodfilms verschenen, theatervoorstellingen gemaakt en boeken geschreven.
De sieraden van Mata Hari zijn door Museum Huis Doorn aangekocht voor de vaste tentoonstelling over het neutrale Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog. De huidige tentoonstelling hierover zal de komende jaren worden vernieuwd.Tussen de sieraden bevinden zich een zilveren pols- en enkelband van de danseres.
Mata Hari zal die hebben gedragen tijdens een van haar optredens. Daarnaast bestaan de objecten uit een bloedkoralen collier, twee haarklemmen, een zilveren schoengesp en Fries zilverbestek. Het geheel bevindt zich in een teakhouten kistje uit Indonesië. Dit kistje heeft Mata Hari uit Nederlands-Indië meegebracht, waar zij tussen 1897 en 1902 met haar echtgenoot verbleef.Ok, weer verder met de impressie.De graftombe van de laatste keizer van Duitsland Wilhelm II is te vinden in het mausoleum dat net als Museum Huis Doorn veel Duitse bezoekers trekt.De glazen aanbouw aan de garage van Wilhelm II is ingericht in het kader van rouwverwerking.In de voormalige garage wordt ingegaan op de Nederlandse neutraliteit tijdens de Eerste Wereldoorlog. Vanuit historisch perspectief is Huis Doorn gekozen tot dé plaats van herinnering ‘Eerste Wereldoorlog’.
‘Tusschen twee vuren’ is een permanente tentoonstelling en vertelt de geschiedenis van Nederland en de Eerste Wereldoorlog. Hoewel Nederland in de Eerste Wereldoorlog neutraal is, zijn ook hier de jaren 1914 – 1918 niet onopgemerkt voorbij gegaan.Mooi, we hebben het gezien. Van deze dag hebben we geen spijt. Dhr. H.H. Sietsma, het bestuur van de studiekring en alle andere medewerkers van de musea: hartelijk dank!