Maarten van Rossumpad (juli 2008)

Zondag 27 juli 2008
Eerbeek – Arnhem
Om zes uur gaat de wekker. Het heeft vannacht erg geregend en geonweerd. Nu is het droog. Ik maak zoals gewoonlijk weer thee en havermoutse pap. Mijn wandelshirt is nog een beetje klammig, toch trek ik hem aan. Om half acht lopen we de camping af. Iedereen is nog in diepe rust. Na een paar honderd meter bereiken we het Apeldoorns Kanaal en gaan linksaf het fietspad op. Het is nog een beetje nevelig. Vandaag is het maar een kilometertje langs het kanaal, de eerstvolgende brug steken we over en een kilometer verder steken we opnieuw de Toeristische Spoorweg over. Nog een stukje verder lopen we langs Laag-Soeren waar deze paddenstoel staat. De Posbank en Arnhem, daar moeten we inderdaad naartoe. Dat klopt dus, de kilometers kloppen niet. Uiteraard lopen we niet de kortste weg. Een kilometertje verder steken we deze sprengenbeek over en gaan het bos in. Er is hier in de voorbije eeuwen heel wat zand verzet. En dat met de hand, hulde! Zoals gezegd, we lopen het bos in. Het is intussen al 20 graden. Tja, bos is bos, daar valt eigenlijk niet zoveel over te zeggen. We lopen nog een paar honderd meter gelijk op met het Veluwe Zwerfpad. Hier heb ik afgelopen ‘winter’ nog gelopen. Herkennen doe ik het niet. Zo langzamerhand gaat het wel steeds meer ‘op’ en ‘neer’. Hier schijnt het zonlicht prachtig door de bomen. We zitten vlak voor de Carolinahoeve, waar deze grote grazers rustig hun werk doen. Zoals bekend, niet aanhalen, niet aaien en vooral niets geven. Het is half elf en volgens het boekje gaat de Carolinahoeve om elf uur open. De meisjes zijn druk bezig om het terras in gereedheid te brengen. Zelf wil ik hier wel de KMA genieten, maar de anderen willen doorlopen naar de Posbank. Daar is ook wel wat voor te zeggen, we hebben vandaag een behoorlijk stuk af te leggen. Verder maar weer. Een omgevallen boom, het is vrij donker in het bos, vandaar een sluitertijd van 1/6 seconde. Redelijk scherp zou ik zeggen dankzij de VR oftewel de ‘vibratiereductie’. Vanaf de Carolinahoeve krijgen we drie kilometer zeer geaccidenteerd terrein. Tjonge jonge, het is constant stijgen en dalen, niet gering. En dat met deze warmte. Dit is een mooi stukje om als voorbereiding voor een ‘Alpenetappe’ te lopen. Even na elven bereiken we de Posbank en strijken meteen neer aan een tafeltje in de schaduw. Overigens, dit paviljoen vind ik het allerlelijkste gebouwtje van Nederland. Het doet me nog het meest denken aan een directiekeet bij een gevangenis in aanbouw. De verhoudingen kloppen niet en de kozijnen zitten scheef. De deur past ook al niet, het is gewoon een schande. Vroeger stond hier een pracht van een paviljoen (in mijn herinnering), helaas is dat in 1996 afgebrand. Zou de koningin het met mij eens zijn?
Ze kijkt duidelijk misprijzend en keert het gebouw demonstratief haar rug toe. Dat kan niet toevallig zijn. We worden vlot geholpen en ik bestel koffie met appelnotenplaatgebak met slagroom.
Dat smaakt me heel goed, je moet gewoon met je rug naar het paviljoen gaan zitten. Na een klein uur stappen we op. Ik heb mijn twee bidons weer helemaal gevuld met water en er per bidon twee tabletten Isostar ingedaan. Zoals bekend is plat water alleen geschikt om je mee te wassen (en te koken).
Nu krijgen we een van de mooiste stukjes natuur van Nederland te zien, te weten het Herikhuizerveld. Dat zegt niemand iets, iedereen heeft het gewoon over De Posbank. Uiteraard gaat het weer behoorlijk op en neer en schaduw is er hier niet. Wat me verbaast; de heide begint al te bloeien. Dat is toch zeker een week of twee, drie te vroeg. Zou het toch waar zijn van die ‘opwarming’? Of hebben we toevallig een paar zachte winters achter de rug. Momenteel zijn er nog geen zonnevlekken op de zon te zien, terwijl die er nu al hadden moeten zijn. Ik voorspel bij deze een koude winter! Haal de schaatsen maar vast van zolder en begin met trainen voor de Elfstedentocht. It giet oan! Na een kilometer hei lopen we het bos weer in. Even verder is deze sprengenkop. Tenminste, ik vermoed dat het sprengenkop is geweest en in de loop van de tijd tot een meertje is uitgegroeid. In elk geval lopen we een heel stuk langs een sprengenbeek. We zijn niet de enigen, dit is een druk belopen traject. Mooi is het hier, het doet enigszins denken aan ‘Klein Zwitserland’ in Luxemburg. Vlak voor Velp pauzeren we even bij een meer. In de verte is een kunstmatige waterval aangelegd. Toen we daar langsliepen kon ik geen foto maken omdat een aantal mensen daar met hun benen in het water zaten. Het is ook tegen de dertig graden! De eendjes hebben hun benen/pootjes ook in het water. In Velp nemen we afscheid van Karel en Jolanda, zij gaan richting station. Met Joke loop ik door langs de noordrand van Velp en de noordrand van Rozendaal. Ergens rechts van ons ligt het beroemde Kasteel Rozendaal met de bekende ‘bedriegertjes’. We moeten de A12 onderdoor, maar helaas lopen we verkeerd.
De markering is onduidelijk en met de tekst in het boekje komen we ook niet veel verder. Ik vraag het even aan een man met een hond. Veelal kennen hondenuitlaters de omgeving goed. Ook deze man weet ons de juiste richting te duiden.
Even verder lopen we Arnhem in. Denk niet dat we er bijna zijn, we hebben nog vijf kilometer te gaan tot het station. De weg stijgt, we beklimmen een uitkijkpunt. Is dit ‘Hoogte 80’? Er staat nergens een bordje. Gemeente Arnhem, wilt u zo spoedig mogelijk een bordje neerzetten! Uiteraard lopen we in het park ‘Klarenbeek’ nog een keer verkeerd. De markering kan hier een stuk beter! Vanaf deze stenen bank hebben we een mooi uitzicht. Park Sonsbeek, nu schieten we toch lekker op. En dit is Park Sonsbeek, vlakbij het Chinese restaurant. Het lijkt wel of de complete Arnhemse bevolking aan het wandelen is. De Witte Watermolen, ik heb hier al eerder over geschreven tijdens het Veluwe Zwerfpad. En dan, na ongeveer 30 kilometer, station Arnhem. We nemen de vertraagde trein van 16.42 uur naar Zwolle. Onderweg krijgt de trein nog ‘bandenpech’, dus kunnen we alleen op halve kracht verder rijden. Uiteraard missen we daardoor de aansluitende trein. Pas tegen zevenen sta ik in ons dorpje en loop meteen door naar Peacocks. Iedereen zit op het terras, Orchideetje en ik gaan gewoon binnen zitten. Teveel frisse lucht kan niet goed zijn. Gelukkig is de horeca rookvrij, het is gewoon een zegen. Ik bestel een portie spareribs, daar ben ik wel aan toe. Een glas rode wijn erbij en ik kom weer bij de mensen. Tjonge, wat was het warm vandaag, ik heb 5 liter vocht tot me genomen. Eigenlijk had ik nog meer moeten drinken. Sowieso was het een prachtige wandeling. Afwisselend, zonder meer. En leuk gezelschap natuurlijk. Joke, Jolanda en Karel: bedankt!
Orchideetje heeft nog een nare boodschap voor mij. Linda is donderdagavond na een kort ziekbed overleden. Zij was een goede vriendin van ons. Ze is maar 55 jaar oud geworden. Dirk, veel sterkte!