Vrijdag 27 november 2009
Nunhem – Mijl op Zeven
Om half zeven gaat de wekker. Ik heb het vannacht behoorlijk horen regenen en dat doet het nu ook. Ik trek maar meteen mijn regenbroek aan. Als ik tegen zevenen ga koken is het droog, dat is wel zo makkelijk. Reino is al om 07.45 uur gereed en vertrekt vast. Zelf heb ik nog een kwartiertje nodig om in te pakken. OK, ik ben ook zover en ga op pad. Ik loop een stuk terug, maar zie geen markering. Hier zou ergens een brug moeten zijn over de Leubeek. Zou ik te ver naar links zijn gegaan? Ik probeer het maar eens naar rechts. Na een kwartiertje bereik ik een afrastering. Tja, ik zit verkeerd, maar om weer helemaal terug te lopen zie ik niet zitten. Ik loop maar door, er zal verderop wel een brug zijn. Over een akker loop ik het erf van een boerderij op. Een hond begint te blaffen, maar ik zie hem niet. Ik kom op een weg uit. Ik moet naar links, dat kan niet missen. Verderop ligt Neer, dat staat niet op mijn kaart. Ik vraag het maar even en inderdaad loop ik richting het dorpje Ophoven. Het begint trouwens weer te regenen, ook dat nog. Nog wat verder bereik ik de Leudalweg, ik zit weer op de route. Tja, waar zou Reino zitten? We zouden elkaar zo nodig om 10.00 uur bellen, maar zo laat is het nog niet. Door het dorpje Ophoven gaat het en daarna loop ik over een bemost pad door het bos waar ik eigenlijk gisteravond wilde kamperen. Nou, dat had hier ook prima gekund. Het loopt tegen tienen. Ik sla rechtsaf en waarachtig, voor mij loopt Reino. Rechts is een manège, daar is altijd een restaurant bij. Het oogt daar nogal donker, het zal wel gesloten zijn. Als ik Reino heb ingehaald hoor ik dat ze koffie heeft gedronken in de manège, het ding was toch open. Nou ja, pech voor mij. Reino is goed gelopen en heeft de brug over de Leubeek gevonden. Wel na enig zoeken, maar toch. Inmiddels is het droog. Nog 5 kilometer, daar staat weer een koffiekopje op de kaart. Ik denk dat het open is, het ligt aan een drukke weg en aan de Noordervaart. OK, we lopen door voornamelijk bossen, maar zo hier en daar is een stukje landbouwgebied. Om kwart over elf bereiken we de Noordervaart en even verder is restaurant De Stoep. Heel toepasselijk zijn ze de stoep opnieuw aan het bestraten. Zoals gebruikelijk bestel ik KMA, oftewel koffie met appeltaart. Ai, prima (Laurentis) koffie en fameuze appeltaart met ijs, vanillesaus en slagroom. Dat had ik wel verdiend. Het weer oogt ook aardig, dus kan het regenpak uit. Het is zo’n 12 graden in de plus, dus eigenlijk te warm om in regenkleding te lopen. Tegen twaalven stappen we op. Een dikke kilometer verder slaan we linksaf en lopen in noordelijke richting langs het kanaal van Deurne. Het kanaal is 15 kilometer lang, maar wij slaan na 2 kilometer linksaf naar Meijel.
Gelukkig is het kanaal niet kaarsrecht, maar buigt naar links. Het pad buigt mee, zodat we maar een paar honderd meter zicht hebben. Zijn dit resten van een kazemat? Dat moet wel. We lopen onder de brug door, boven ons loopt de verharde weg naar Meijel. Wij slaan iets verder linksaf en lopen over een grasdijk en langs een bosrand Meijel in. Aan de rand van Meijel staat dit kapelletje. Dit is de Sint-Nicolaaskerk in Meijel, zoals bekend is dit mijn favo-heilige. Het is wel een aparte kerk, opgetrokken in speklagen (baksteen/mergel). In de 12e eeuw stond hier al een kerk, die in 1835 en in 1904 vervangen is door steeds grotere kerken. In november 1944 lag Meijel in de frontlinie en de kerk werd compleet verwoest. De huidige kerk is in 1955 in gebruik genomen. Tegenover de kerk ligt restaurant ‘Oranje Hotel’. Tja, waarom deze naam? Mij doet het denken aan de gevangenis in Scheveningen waar de Duitsers tijdens WO-II opgepakte verzetsstrijders opsloten voor verhoor en berechting. Na de ‘berechting’ werden zij geëxecuteerd op de nabij gelegen Waalsdorpervlakte. Nou ja, het is toch eigenlijk een ‘Geuzennaam’. Reino stelt voor om hier te lunchen en dat lijkt mij een goed idee. Even na tweeën stappen we op en lopen in westelijke richting Meijel uit. Oh ja, Meijel dankt zijn bekendheid aan de uitdrukking: ‘Mijl op Zeven’. Door het Peelmoeras moest men voorheen van Deurne naar Sevenum helemaal om via Meijel. OK, we lopen hier door het Simonshoekse Bos, het heeft vannacht en vanmorgen heel behoorlijk geregend. Gelukkig is de wind een stuk gaan liggen. Na het bos volgt een stuk akkerland. Achterlangs de Ossenberg lopen we, dit is een strookje bos zuid van de Groote Peel.
Hier staan op strategische locaties twee kazematten. Tja, we mogen niet de route volgen door de Groote Peel in verband met de vogeltrek.
Dat mag pas weer na 1 december. Dat is wel een beetje jammer, temeer daar ik geen vogel zie ‘trekken’. Nu moeten we de route nemen langs de Groote Peel, toch ook wel mooi. Om vier uur bereiken we het bezoekerscentrum ‘Mijl op Zeven’. Het is tot vijf uur open, dus tijd voor een bakje automatenkoffie. Meteen halen we water, want hier in de buurt willen we wildkamperen. De beoogde plek ruim twee kilometer verder kunnen we niet halen, maar we hebben straks al wel een stukje ingelopen van onze achterstand. Om tien voor vijf stappen we op. Het begint al aardig te schemeren. We lopen nu toch nog een stukje de Groote Peel in. Dat gaat over voornamelijk knuppelpaden, want het is hier vrij vochtig. We lopen met een U-bocht weer terug en lopen dan opnieuw noordwaarts over de Mussenbaan. We bevinden ons nu aan de westkant van de Groote Peel. Er is hier een mooi boscomplex en als we dat een stuk inlopen staan we riant uit het zicht en uit de wind. In het laatste restje daglicht zet ik mijn tent op en vijf minuten later zit ik aan de rode wijn. Met de bewolking valt het wel mee en de maan (eerste kwartier) is voor driekwart zichtbaar. Echt donker is het dus niet. Na de kerriesoep, de Knorr-maaltijd en de afwas bel ik even naar Orchideetje. Alles gaat goed, ze is vanavond met vriendinnen uit eten.
We hebben er vandaag zo’n 30 (dertig) kilometer opzitten, niet verkeerd. Ik luister nog een uurtje naar mijn MP3-speler en dan houd ik het voor gezien. Ik ben best wel moe.