Peellandpad (dec 2009)

Zaterdag 19 december 2009
Handel – Uden
Om half zeven sta ik op. Tjonge, wat is het koud! Het is -100 C in de voortent! Als ik – in de tent – aan de havermout zit, zeggen Cobie en Cok dat ze alvast gaan lopen. Nou, geen probleem natuurlijk. Wel vind ik het nog erg donker, ik hoop dat ze de markeringen al kunnen zien. Tegen achten ga ik zelf op pad, het is nog schemerig. Geen mens te zien, gelukkig. Als snel loop ik het bos uit en volg daarna een pad door akkerbouwgebied.
De zon begint op te komen. De lucht is kraakhelder, geen wonder dat het zo koud was vannacht. Nu ik zo loop, krijg ik het al snel warm. Straks mijn fleece maar uittrekken.
Tegen negenen bereik ik het natuurgebiedje de ‘Voskuilenheuvel’. De route slingert zich er doorheen, dat is leuk gedaan. Er staat ook een schaapskooi gebouwd van turf en heideplaggen. Het is nog een beetje donker, daarom ogen de kleuren wat vreemd. De zon komt door en zet de visvijver in bovenaards licht. Het is -120 C zie ik op mijn thermometertje. Deze boerderij ligt er ook mooi bij, ik heb trouwens wel zin in koffie. Oeps, dit lijkt wel een mangrovenbos. Ai, ik zie het meteen, dit is de Russische Mi-2, NATO codenaam ‘Hoplite’. Het is een gepantserde transporthelikopter uit de zestiger jaren, bewapend met 57 mm raketten en een 23 mm kanon. Hoe komt dat ding hier? Op het bord staat: ‘Paintball schieten’. Er staan een stuk of twintig mannen bij een keet met elkaar te praten en koffie te drinken. Kijk, daar stap ik even op af. Wat blijkt, dit zijn reservisten van de Klu, die een dagje uit zijn. Ik vraag en krijg meteen een bekertje koffie. Deze mannen weten wat ontberingen betekenen en met mijn grote rugzak oogst ik bewondering. Ik vraag welk instructieboek ze gebruiken en dat blijkt inderdaad Handboek KL-Militair te zijn. Als ik ze vertel wie daar de samensteller van was krijg ik meteen een tweede beker koffie. Helaas, ik moet er weer vandoor, vandaag staan er 28 kilometertjes op het wandelmenu. Op naar Volkel, dat is nog een kilometer of zes.
Onderweg besneeuwd akkerland, dat heeft toch wel wat. Even na half elf loop ik Volkel in. Cobie en Cok zijn in de Jumbo supermarkt. Daar verwen ik mijzelf met twee gratis bekertjes koffie en een koek (niet gratis). Helaas, de snackbar aan de overkant is nog dicht. Reino moet nog 5 kilometer lopen, dat is dus ruim een uur. We zien dat de snackbar zijn deuren opengooit (figuurlijk), daar kunnen we mooi op haar wachten. Cok laat zich de uitsmijter goed smaken. Het duurt toch wel erg lang en ik bel Reino even. Ach, een misverstand, ze is inmiddels al voorbij Volkel. Nou ja, we stappen op en lopen al snel Volkel uit. Onderweg zie ik drie paarden in de wei. Kunnen deze beestjes wel tegen de kou? Bij het Duitse lijntje halen we Reino in. Ai, dit is historische grond. Dit is het voormalig tracé van de spoorlijn Boxtel-Veghel-Uden-Mill-Gennep-Goch-Wezel. Via dit spoorlijntje vielen de Duitsers op 10 mei 1940 met twee treinen ons land binnen. Het ging dus meteen al mis en na vijf dagen was het voorbij. Er staat hier wel een informatiebord, maar geen woord over wat er hier gepasseerd is. Welke minister gaat hierover? Of zal ik de gemeente Uden eens aanschrijven? Hm, op de kaart staat dat er hier een skibaan is gevestigd. Volgens mij is het een raketopstelling ter verdediging van vliegveld Volkel. Of zit die skibaan erachter? Wie hier bekend is mag het zeggen. Dit is wel – naar mijn bescheiden mening – een bijzonder mooie bungalow. Even verder steken we een drukke N-weg over, de Belgenlaan geheten. Formeel moeten we omlopen via de verkeerslichten, maar dat doen we uiteraard niet. Daarna lopen we de ‘Maashorst’ in, een groot bosgebied. Nog een kilometer of vijf, dan bereiken we het bezoekerscentrum ‘Slabroek’. Ik hoop maar dat het (nog) open is, dan kunnen we daar opwarmen, koffie drinken en water halen. De paddenstoel zit onder de sneeuw, maar onverlaten hebben het nummer sowieso onleesbaar gemaakt. Mooie plaatjes zo in de sneeuw. En dit zijn de dappere deelnemers, hulde! Het is al bij drieën en de zon begint al aardig te zakken. Deze kinderen vermaken zich uitstekend in de sneeuw. Nog een plaatje, de lucht is kraakhelder. Toch heb ik de indruk dat het sneeuwlaagje langzaamaan dunner wordt. Heet dit niet ‘sublimeren’, oftewel de overgang van vaste stof naar gasvorm onder invloed van de lage temperatuur? Om half vier bereiken we het bezoekerscentrum en gelukkig is het open. Hier kunnen we even bijkomen en meteen de logistiek in orde maken. Drie kwartier later stappen we op, inmiddels is het al aardig aan het schemeren. Kijk nou eens! Hier is Paulus de Boswachter, hij bestaat dus echt! Via het ecoduct steken we de A50 over. Nog een stukje bouwland, je kunt wel stellen dat het donker is. De straatlantaarn fungeert als hemellichaam. Een piepklein maantje staat aan een wolkenloze hemel. Even na vijven bereiken we de Bedafsche Bergen. In het donker lopen we verkeerd, maar in elk geval gaan we de goede kant uit. Tja, het gebied bestaat uit zanderige heuvels en open dennenbossen. Er is geen mens te zien, maar toch kan het mij niet bekoren als wildkampeerplek. We lopen nog wat verder en achter een grote open vlakte bevind zich redelijk dicht bos. Hier lopen we in en na enig zoeken vinden we een paar mooie plekjes voor de tentjes.
Ik zet mijn rugzak neer en zie dat het -100 C is. Toch is het goed te doen, want wind staat er niet. Met behulp van mijn hoofdlamp staat de tent al snel en even later zit ik aan de kerriesoep. Meteen daarna bereid ik een Knorr-maaltijd. Mijn afwaswater laat ik door een onhandige beweging voor het grootste deel in de sneeuw verdwijnen. Ik kan nog sneeuw smelten, maar laat dat idee maar varen. Globaal schoon is schoon genoeg. Ik doe meteen mijn Omsak om de slaapzak en kruip er in. Merkwaardig dat zo’n klein kaarslantaarntje nog zo’n boel warmte geeft. Of zou dat illusie zijn. Ik bel nog even naar Orchideetje en bestudeer daarna de kaart. We zitten zuid van de route, dus als we morgen naar het noordwesten lopen, komen we ongetwijfeld weer op de route. Dat kan eigenlijk niet missen, want de route loopt aan de rand van de Bedafsche Bergen. OK, de MP3-speler kan nog wel even aan, de FM-zender laat ik maar voor wat het is. Morgen weer vroeg dag.