Donderdag 9 oktober 2008
Sougia – Omalos
Om kwart voor acht staan we op en een uurtje later zitten we aan het ontbijt.
Dit is restaurant ‘Omikron’, het ligt naast ‘Galini’ waar we gisteravond hebben gegeten.
Ik bestel maar weer een omelet/kaas met brood en nescafé.We kijken uit op zee en op dit vroege uur zijn er al twee mensen aan het zwemmen. Het is tamelijk bewolkt, maar toch al 22 graden. In de plus uiteraard, maar iedereen weet dat het in Griekenland altijd subtropisch warm is. We vertrekken om kwart voor tien. Niet zo vroeg inderdaad, maar ja, we zijn ook een beetje op vakantie. De eerste 5.5 kilometer gaan over asfalt. Met de SNP liepen we 9 jaar geleden een paar honderd meter oostelijker door een droge rivierbedding. Dat is mooier, maar ja, de E4 gaat nu eenmaal over de asfaltweg. Toch een foto van de rivierbedding, de bewolking is inmiddels opgetrokken. Om kwart voor elf bereiken we een pracht van een restaurant. Er is geen hond te zien (ja een kat, goed kijken, hij loopt onderlangs het hek), de eigenaar is zelf zeker ook aan het wandelen. Pech, geen koffie, pardon nescafé. Vlakbij het restaurant begint de Irini-kloof. Tja, door de transcriptie van het Griekse naar het Latijnse alfabet wijkt de schrijfwijze nogal eens af. Deze kloof is 7 kilometer lang en lang niet zo bekend als de Samaria-kloof. Deze kloof trekt daardoor veel minder mensen, maar dat vind ik een voordeel.Toch komen we de nodige wandelaars tegen, zij lopen van hoog naar laag. Wij doen het andersom, maar dat komt nu toevallig zo uit. We komen een Duits echtpaar tegen. Zij zijn bijna aan het eind en hebben er 3 uur over gedaan. Halverwege pauzeren we bij een – droge – bron. Gelukkig hebben we water genoeg bij ons. Iets verder zijn er wel bronnen en zelfs wc’s. Soms is het echt klauteren over grote rotsblokken en soms zijn er voor de veiligheid houten balustrades aangelegd. Het laatste stuk is redelijk vlak. Vlak voor het einde van de kloof staat er een onleesbaar houten bord. Tja, wat moet ik hier nu mee. Dat ze zo’n bord niet weghalen.Om twee uur zijn we aan het eind van de kloof. We hebben er 3 uur over gedaan en bij elkaar een half uur gerust. Dat is snel! Er staat hier een restaurant en het is nog open ook. Druk is het niet, wij zijn zo ongeveer de enige gasten. Na een uurtje stappen we op, we zijn er nog niet. We moeten door naar Omalos. Na een tiental meters asfalt gaat er een paadje rechtsaf. Dat zal de E4 zijn. Een bord staat er niet. Even verder lopen we langs een geitenfarm. De boerin staat iets onduidelijks te doen. Loopt het pad wel door? We vragen het even en de boerin wijst naar rechts. Even verder hangt er een E4-bord. Ja, nu wijst het zich vanzelf. Zouden de borden gestolen worden? In elk geval gaat het omhoog over een eeuwenoud Dorisch pad. Of zou het Myceens zijn? De Doriërs waren niet zulke wandelaars. Sowieso herken ik het pad, we hebben dit toen met de SNP ook gedaan. Dit is Kreta op z’n mooist, een prachtige natuur gecombineerd met een oud pad. Wat een geweldige prestatie om met de middelen van toen zo’n weg aan te leggen. Zouden ze toen al doen aan Milieu Effect Rapportages? En zouden er al actiegroepen zijn geweest, die kans zien om de aanleg van zo’n weg tientallen jaren tegen te houden? Hoger en hoger stijgen we. Deze foto is naar achteren genomen, we dalen dus echt niet.Tegen vieren komen we op de pas. Vanaf hier wordt het vlakker en soms dalen we even. Even na vijven bereiken we de asfaltweg. Dit is het plateau van Omalos. Hier worden al sinds eeuwen geiten gehouden, dat is ook te zien aan de alomtegenwoordige hekken.
Er staat een frisse wind, de softshell moet aan. Het is nu nog een kilometer of vijf naar het enige dorpje. Dat dorpje heet uiteraard Omalos. Tegen zessen bereiken we de rand van het dorp waar gelukkig een hotel/restaurant staat. Het heet ‘Ellíniko’, dat staat ook op het bord, maar dan op z’n Grieks. Hebben wij hier met de SNP ook overnacht? Het lijkt er wel op! We gaan naar binnen en bestellen nescafé. Dat hebben we echt even nodig.
Andere gasten zijn er verder niet, hoe kunnen die mensen hier nu van bestaan?
We vragen of we hier kunnen overnachten, en ja, dat kan. We gaan naar de kamer, waar ik eerst even een wasje doe. Tevens bel ik, zoals elke avond, even naar het thuisfront.
Het is voor Griekse begrippen nog wat vroeg om te gaan eten, maar wel heb ik al zin in een glas wijn. We gaan bij de – brandende – open haard zitten en overdenken wat we morgen zullen gaan doen.Zou de Kallergi-hut van Josef Schwemberger open zijn? En zo ja, is de Katsivelli-hut ook open? Deze twee berghutten heb je absoluut nodig om over het Lefka Ori gebergte te komen. Of zijn deze berghutten alleen open tijdens de zomermaanden? We zouden het hier kunnen vragen, maar we zouden ook zelf naar Josef kunnen bellen. Ik bestel eerst maar een Souvlaki speciaal. Daar zit wat meer komkommer en tomaat bij. Ook olijven, maar die lust ik niet. Nog een glas wijn erbij en de avond kan niet meer stuk. Ook al niet omdat we kunnen genieten van een gigantische LCD breedbeeld-TV. Helaas is het allemaal Grieks, ik versta er werkelijk niets van. Menno belt naar Josef en wat blijkt, er is een gezelschap dat een seminar volgt. Josef doet daar zelf ook aan mee, maar toch zijn we welkom. We maken het opnieuw niet te laat. Morgen het Lefka Ori gebergte in.