Vrijdag 20 mei 2011
Bonassola – Soviore – Reggio – Vernazza – Bonassola
Eerst kopen we de lunch en om acht uur zitten we aan het ontbijt. Om 09.20 uur pakken we de trein naar Monterosso. Daar lopen we over de boulevard in zuidelijke richting.
Nou, de strandstoelen voor de badgasten staan klaar. Even verder draaien we linksaf en lopen Monterosso in noordelijke richting door. Kijk, hier begint de 9 naar Soviore op 450 meter hoogte. Dat is een pelgrimskerkje en er staat 1 uur en 20 minuten voor. Het is nu vijf over tien. Het weer is sowieso prima. We beginnen met trappen, daar zijn ze hier erg goed in. Marcella wijst ons de goede kant op. Hoger en hoger stijgen we, soms door bos. Vaak zien we de zee. Hier is te zien dat we ons op een pelgrimsroute bevinden. Deze kapel staat zowat op instorten. Kijk, dit is een echte pelgrimsweg. De ware zondaar moet hier op zijn (of haar) knieën verder. En weer de zee. Precies om 11.10 uur bereiken we het pelgrimskerkje Soviore. We hebben het dus vlot gelopen! Tjonge, het blijkt een heel complex te zijn. Wat altijd zo irritant is, er zijn altijd mensen die precies ‘in beeld’ gaan zitten. Mijn truc is nu: gewoon de foto maken. Wat blijkt dan al snel, ze verdwijnen en gaan elders zitten. Dan maak ik opnieuw een foto. Photoshop is natuurlijk ook een optie. In de kerk maak ik eerst een overzichtsfoto en dan een detailfoto van het altaar. Dan een foto nog iets dichterbij. In het midden spiegelt iets, dus ga ik er wat anders voor staan. Kijk, het is een Madonna (?) met kind. Nou ja, geen kind, dit is meer een volwassen man. Zo te horen draait het bij deze pelgrimskerk om dit beeldje. Gelukkig is er een restaurant en ik laat me de doppio goed smaken. Om twaalf uur gaan we weer van start, helaas moeten we eerst een half uurtje over asfalt.
Om half een staan we bij het bordje van de 8b. Een gedeelte van de groep wil graag wat ‘hoger’ gaan lopen (ze hebben natuurlijk spijt dat ze gisteren niet mee geweest zijn naar San Bernardino). Nou, dat kan en Marcella legt uit hoe ze dat moeten aanpakken.
Zelf heb ik niet zo’n goed gevoel over het voorstel, wij blijven bij Marcella. Met de rest van de groep stappen we de 8b op. Op naar het kerkje Nostra Signora di Reggio. We zitten nu een stuk hoger (+ 450 meter) en we hebben een mooi uitzicht op Monterosso. Dit is toch een prachtig wandelpad! Wel is het contrast erg hoog. Het uitzicht is hetzelfde, maar toch weer anders. Helaas, dit moois is niet in een foto te vatten, iedereen moet zelf gaan kijken. Uiteraard moet er op zijn tijd gedaald worden. Echt vlak is het nergens. Marcella durft wel op het randje te gaan staan. Vernazza ligt in de diepte. Hier zitten we vlak bij het kerkje. We worden welkom geheten door een ietwat Italiaans uitziende Maria. Er is ook een soort bron, maar voor de kwaliteit van het water sta ik niet in. En dit is de kerk, helaas zit het ding op slot. Er staan hier een aantal picknickbanken. Kijk, het is bij tweeën, dus hier nuttigen we onze meegebrachte lunch.
Wie komen daar aanstappen? Het is de rest van de groep, ietwat teleurgesteld zijn ze wel. Ze hebben het beoogde pad (de 1) niet kunnen vinden en zijn over asfalt naar het kerkje gelopen. Tja, pech.
Met dit soort treintjes worden de geoogste druiventrossen uit de wijngaard gehaald.
Het is net een soort kermisattractie. OK, naar Vernazza is het niet zo ver meer. Over de 8 dalen we. Dit is ook een echte pelgrimsweg. Diverse keren komen we dit soort kapelletjes tegen. Ai, de erosie heeft toegeslagen, er is al geruime tijd geen onderhoud uitgevoerd. Hier heeft menige gelovige – over plaveisel – de tocht naar het kerkje ondernomen. Hier weer zo’n kapelletje, dit is toch echt vergane glorie. Onderweg naar Vernazza komen we langs het kerkhof. Zoals bekend wordt er hier ‘bovengronds’ begraven. Er is nog een plaatsje vacant. Daar ligt Vernazza, we zijn er bijna, het is even na drieën. Inmiddels is het een beetje bewolkt geworden, tja, het is hier ook niet altijd mooi weer. In Vernazza nemen we de trein van 15.30 uur. We hebben er vandaag 10.01 kilometer opzitten. Oeps, het is behoorlijk druk op het stationnetje, want de halve wereld wandelt hier.
Om vier uur zijn we in Bonassola en we beginnen om onze spullen in te pakken. Het zit erop, morgen naar huis. Wat hebben we hier prachtig gewandeld. Wat een buitensporig mooi gebied is het hier. Mettertijd wil ik hier nog wel eens terugkomen.
Marcella heeft van ons supermarktje ook een paar flessen wijn gekregen. Deze gaan we als afscheid ‘soldaat’ maken op het dakterras. Tjonge, ik wist niet eens dat dit hotel een dakterras had. Marcella schenkt de wijn in, iemand van de groep speekt een woordje en Marcella bedankt ons. De hele reis is tot volle tevredenheid verlopen. Marcella, je hebt het prima gedaan, mijn complimenten. Tegen achten gaan Orchideetje en ik naar het restaurant waar we de eerste avond ook zijn geweest. Kijk, dat is nu echt Italiaans, we worden door de eigenaar met een handdruk van harte begroet en naar onze tafel begeleid. Hier in dit land ben je nog een echte ‘gast’ en kom je niet alleen een hapje eten. We bestellen een salade en ik ga uiteraard aan de rode wijn. Daarna volgt de ravioli. Zoals bekend hebben ze hier geen vlees of vis, maar we vinden het prima zo. Met de genoten hapjes op het dakterras erbij hebben we voldoende gegeten. Ik besluit nog met een espresso.Om half tien lopen we terug naar het hotel.