Griekenland (sept 2017)

Donderdag 28 september 2017
Heraklion – Knossos – Heraklion
Om half acht staan we op en om acht uur genieten we het ontbijt. Daarna lopen we naar het busstation, dat is niet ver hiervandaan. Onderweg komen we langs het Chinees restaurant waar ik verscheidene malen (prima) heb gegeten. Ik zat daar altijd in mijn eentje, het restaurant bevindt zich niet ‘in de loop’. De tent is dicht, helaas!
Tegen negenen staan we bij het busstation richting Knossos. We moeten een kwartiertje wachten, maar bijna onmiddellijk komt de bus voorrijden.
Het gaat niet snel natuurlijk, maar om halftien zijn we in Knossos. Ai, er staan vele tientallen bussen op de parkeerplaats. Hadden we een uurtje eerder moeten komen? En de rij voor de kassa is ook lang. Toch gaat het snel. Wat we betaald hebben voor de toegang is mij ontschoten, maar veel (als 65+) was het niet. Oh wacht, ik vind het bonnetje van €8,- p/p.
Het is 27 graden in de plus, dus het kan er mee door.
Als we binnen zijn valt de drukte mij erg mee. Als we de groepen die onder leiding van een gids Knossos bezichtigen ontlopen, kunnen we alles prima bekijken en fotograferen.
Tja, dit is mijn derde bezoek aan Knossos en ik wilde dit paleis/bestuurlijk centrum uit de Minoïsche tijd beslist aan Orchideetje laten zien. Zie eventueel op mijn site eerdere reisverslagen te weten >Kreta E4 (juli 2009) en >Kreta E4 (okt 2011).
Ik heb onderstaande gecursiveerde tekst gekopieerd van mijn site >Kreta E4 (juli 2009).

De Geschiedenis van Knossos
Knossos is het legendarische paleis van koning Minos. Veel feiten zijn er niet bekend. Bijvoorbeeld, het is maar helemaal de vraag of er ooit een koning Minos heeft geleefd. Het zou kunnen zijn dat ‘Minos’ een titel is, namelijk: ‘koning’. In elk geval is de cultuur naar deze koning genoemd, oftewel de Minoïsche cultuur. Deze cultuur heeft zo’n 1500 jaar geduurd van 2600 – 1100 voor onze jaartelling. Het hoogtepunt van deze beschaving was tussen 1570 – 1400 voor onze jaartelling.
De Minoïers zijn vermoedelijk afkomstig uit Noord-Afrika en het waren dus geen Grieken. Naast de landbouw en de visvangst dreven zij handel met Egypte (goud), Cyprus (koper) en zelfs de Scandinaviërs (barnsteen). Ook onderhielden ze handelscontacten met de Scythen, de Hetieten en de Babyloniërs.
De Minoïers kenden het schrift. In het begin was het een zuiver beeldschrift, later ontwikkelde zich een primitief klankschrift, het zogeheten Lineair A en het Lineair B. Met het Lineair A werd de administratie van het paleis bijgehouden. Helaas zijn er maar een gering aantal kleitabletten gevonden (ongeveer 200) en mede daardoor is het Lineair A nog steeds niet (volledig) ontcijferd. Als taal werd geen Grieks gebruikt, maar vermoedelijk een Indo-Europese taal. Het Lineair B is wel ontcijferd en de gebruikte taal is archaïsch Grieks. De tot nu toe gevonden kleitabletten bevatten uitsluitend handelsovereenkomsten of een boekhouding. Er zijn geen verhalen, poëzie of gebeden gevonden, vandaar dat er bijna niets bekend is over de Minoïsche cultuur. Mogelijk dat de beroemde schijf van Phaistos een religieuze tekst behelst, echter ook deze tekst is nog niet ontcijferd.
Natuurrampen zijn er vele geweest. Vermoedelijk heeft een grote aardbeving in 1600 (andere bronnen spreken over 1700) plaatsgevonden waarbij een aantal paleizen zijn verwoest. Rond 1450 komt de vulkaan op het eiland Santorini tot uitbarsting en opnieuw worden alle paleizen verwoest. Alleen het Knossos wordt herbouwd. In 1350 is er opnieuw een aardbeving. Nu wordt Knossos niet meer herbouwd. Rond 1100 trekken Dorische stammen Kreta binnen en dit betekent het einde van de Minoïsche beschaving. Let op: alle voorgaande jaartallen liggen vóór onze jaartelling.
Tja, de reconstructies die Evans (1851 – 1941) heeft uitgevoerd zijn onder archeologen zeer omstreden. Persoonlijk zie ik het ook liever in de staat waarin het werd opgegraven. Maar ja, Evans liep tegen het probleem aan dat de houten kozijnen, pilaren en dwarsliggers totaal vergaan waren. Als hij door was blijven graven dan waren de muren in elkaar gezakt. De pilaren en dwarsliggers liet hij vervangen door gewapend beton zodat de muren ondersteund werden. In eerste instantie werden de pilaren en dwarsliggers geel geschilderd, later is die kleur vervangen door een bruine kleur die suggereert dat het hier om hout gaat. In elk geval geven de reconstructies wel een goed beeld van hoe het geweest zou kunnen zijn.
Overigens heeft Evans het opgraven en beschrijven van Knossos tot zijn levenswerk gemaakt. De opgravingen vonden plaats tussen 1900 – 1931.
In 2009 heb ik nog een ‘plaatjesboek’ van Knossos in de Nederlandse taal aangeschaft.
Er staan bijzonder goed gelukte foto’s in. Zo heb ik het toch niet gezien. Er zijn wat fotografische trucs uitgehaald om dit resultaat te krijgen.

Ai, ik kan het boek nergens meer vinden. Ik heb wel erg veel boeken, ik moet nog eens goed zoeken. Ik zou graag wat foto’s willen inscannen, ik beschik nu over een goede scanner. Nou ja, het boek is nergens te vinden. Heb ik het uitgeleend?
Niet getreurd, bij bol.com heb ik het boek (tweedehands) kunnen aanschaffen. Het boek is inmiddels binnen en ziet er nagelnieuw uit. Scannen dus. Ok, eigenlijk mag dat niet, maar het boek is niet meer te koop en dan mag het volgens mij wel. Eens kijken waar ik de scans ga plaatsen.
Om te beginnen een luchtfoto van Knossos. En dit is Arthur John Evans. Zijn borstbeeld is te vinden net na de ingang.Evans kon goed tekenen. Of had hij hier iemand voor aangenomen? Zo zou – volgens Evans – de noordelijke toegang er hebben uitgezien.Zou het paleis er ooit zo hebben uitgezien? Evans denkt van wel.Rechts van ons staan groepen toeristen, dus lopen wij naar links, naar het theater.
We bekijken het van onder en van bovenaf.We lopen weer naar rechts, naar de plattegrond. Het paleis wordt door een binnenplaats verdeeld in de westvleugel, waar de geheiligde en de officiële staatsvertrekken waren en de oostvleugel, waar de woonvertrekken en de werkplaatsen zich bevonden.Hier vlakbij zijn de ronde cultische depots (volgens het plaatjesboek).Dit is het ‘North Lustral Basin’ (lustraal bassin). In het plaatjesboek staat dat degene die de koning-opperpriester wilde bezoeken danwel aan godsdienstige plechtigheden wilde deelnemen hier een rituele reiniging moest ondergaan. Tja, dit thema vind je in vele ‘godsdiensten’ terug.Op het hoogste punt is een replica van een fresco aangebracht van de jacht op wilde stieren.De Troonzaal ziet er wel ‘kek’ uit. Mogelijk bevond zich gewijd water in het bekken waarmee de bezoeker zich besprenkelde. Ai, waar heb ik dit besprenkelen vaak gezien?Dit is de zaal boven de Troonzaal.Deze fresco’s zijn replica’s, de echte zijn in het archeologisch museum in Heraklion te zien. De eerste doet mij verrassend modern aan. En de tweede beeldt het populaire ‘stier-springen’ uit. Het is de bedoeling de hoorns beet te pakken en na een dubbele salto aan de andere kant af te springen. Iets voor de Olympische Spelen? Of voor de Spanjaarden in plaats van die enigszins dieronvriendelijke stierengevechten?We lopen door naar de restauraties van de westelijke magazijnen.En daarna naar de ’Piano Nobile’, maar eerst een plattegrond.Een brede trap leidt naar de eerste verdieping, waar de officiële vertrekken van het heiligdom (Piano Nobile) te vinden zijn.Van bovenaf is er een fraai uitzicht over Knossos.We lopen verder naar het zuidelijke Propylaeum.We moeten even wachten tot deze groep is doorgelopen, dan kan ik de fresco’s fotograferen.Verder maar weer, op naar de zuidelijke ingang.Tja, ik vind dit een wat carnavalesk figuur, maar het fresco wordt de ‘Prins met de lelies’ en/of de ‘Koning-Opperpriester genoemd.Nu gaan we de ‘Central Court’ bekijken.Op naar het trappenhuis.Nog wat verder is de ‘Schrijn van de dubbele bijlen’.Nu lopen we één van de mooiste gedeeltes van Knossos in, het ‘Megaron van de koningin’. De dolfijnen zijn levensecht.De badkuip houdt niet over en een tekening van Evans hoe het er mogelijk uitgezien heeft.We zijn rond en via het het Theater lopen we naar de shop.Om kwart over elf bekijken we de shop van Knossos, die valt mij tegen, veel te koop is er niet. Dat was voorheen wel anders!
Aansluitend genieten we een espresso en een echte Jus d’Orange in het restaurant.
Tja, mijn linkerknie speelt op en tijdens de bezichtiging van Knossos raakte ik wel heel erg snel buiten adem. Het wordt tijd voor een nieuwe pacemakerdraad, hopelijk dat het (iets) helpt.
Trouwens, tegen elven werd het wel erg druk in Knossos, je moet hier tijdig zijn (dan is het ook nog niet zo warm!). Tja, net buiten Knossos staat zo’n vreselijke rij met souvenirstalletjes. Er zal wel vraag naar zijn.Om kwart voor twaalf staan we bij de bushalte en al na vijf minuten komt de bus voorrijden. Na zo’n twintig minuutjes boemelen bereiken we het Eleftherias plein.
Hier stappen we uit de bus, het Archeologisch Museum is hier vlakbij. Tijdens mijn laatste bezoek (2011) was het museum in renovatie en kon ik – tegen gereduceerde prijs – slechts een klein gedeelte van de collectie bewonderen. Maar nu is het Museum in volle luister hersteld. Zo, het is echt mooi geworden!Foto’s maken mag niet, oh wacht, het mag wél maar zonder flits (behalve van objecten die nog niet gepubliceerd zijn). Tjonge, wat is er toch veel opgegraven en dan te bedenken dat er nog heel veel onder de grond ligt.
Wacht, de beroemde discus van Phaistos is aan beide zijden bedrukt met hiërogliefen die tot heden niet zijn ontcijferd. Mogelijk gaat het helemaal niet om tekst, maar is het een soort spel. Tja, de schijf heeft maar een diameter van 16 centimeter, dat lijkt mij aan de kleine kant voor een spel. In elk geval is de discus gemaakt rond 1600 voor onze jaartelling.Ik laat de teksten en de foto’s voor zichzelf spreken.
Als laatste een tekening van Piet de Jong, een Engelsman, maar de zoon van een Nederlandse vader.Tegen tweeën hebben we het gezien. We lopen de stad in, in een warme lunch heb ik geen trek. ’t Is trouwens weer behoorlijk warm. Ik voel mij niet 100%!
In 2011 hadden er in deze winkelstraat heel wat winkels de deuren gesloten. Het gaat weer beter, want nu zie ik maar twee dichte winkels. Maar… de winkel waar ik toentertijd een aantal CD’s had aangeschaft is er niet meer.Kijk, hier verkopen ze broodjes gezond. Een flesje chocomel erbij, dat ga ik straks nuttigen op de kamer.Heraklion ken ik behoorlijk goed en ik wil Orchideetje er ook iets van laten zien. Dit is de beroemde Morozini Fontein. Het water staat erop, vaak is dat niet het geval.En dit is de Basilica of St. Mark, tegenwoordig in gebruik als Galerie.De Venetian Loggia.De Agios Titos kerk is gebouwd in 1872 op de plaats waar ooit een Byzantijnse kerk stond. De schedel van Sint Titus werd in 1956 uit Venetië overgebracht en is sindsdien in de kerk.Tegenover ons hotel Irini is de parkeergarage afgebouwd. In 2011 was de boel failliet, maar het is toch gelukt. Er zit nu een supermarkt in, het was toentertijd de bedoeling dat er rondom winkels zouden komen. Er zit nu wel een hotel in (http://www.centralhotelheraklion.com), maar ik ga niet binnen kijken. In ons hotel durf ik er niet naar te vragen, ze zullen er wel niet blij mee zijn.Ik ga eerst maar een uurtje te bed, het was al bij al een vermoeiende dag. Sowieso heel veel gezien!
Rond vijf uur nuttig ik mijn broodje gezond met de chocomel. Is er nog nieuws? Ok, dat mortierongeluk in Mali waarbij twee militairen om het leven kwamen en er één ernstig gewond raakte, begint nu pas echt uit de hand te lopen (van het Ministerie van Defensie). Er is een reeks fouten gemaakt, maar Minister Hennis denkt niet aan aftreden. Ok, die mortiergranaten zijn ver voor haar tijd aangeschaft, maar ze is als minister verantwoordelijk. Maar sowieso vind ik haar optreden verre van menselijk. Tja, Defensie is bang voor claims en daar wijkt alles voor. Vanaf 1991 (de prioriteiten nota) is er op het ‘leger’ systematisch bezuinigd. Er is dusdanig gesnoeid in personeel (en materieel) zodat heel veel specialistische kennis (voor eeuwig) verloren is gegaan. Het valt me eigenlijk nog mee dat er zo weinig ongelukken gebeuren. Ik ben benieuwd hoe dit gaat aflopen.
We pakken in, morgen gaan we naar Chania. We gaan vroeg te bed.